Les 45 persoonlijke en bezittelijke voornaamwoord

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Welkom
1. Nakijken 
2. Terugblik vorige les
3. Doel
4. Uitleg: Persoonlijke en bezittelijke voornaamwoord
5. Aan de slag
6. Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Nakijken


Les 38

opdracht 1 t/m 10




Slide 3 - Tekstslide

Waaruit bestaat het gezegde van een zin?
A
Alleen de persoonsvorm
B
Alle werkwoorden uit de zin
C
Alleen de voltooide deelwoorden

Slide 4 - Quizvraag

Schrijf het gezegde op van de volgende zin: "Hij is vergeten om mij te bellen."

Slide 5 - Open vraag

Wat is het gezegde in de zin:

Ik kan het werkwoordelijk gezegde benoemen.
A
ik
B
kan
C
benoemen
D
kan benoemen

Slide 6 - Quizvraag

Wat is het gezegde?
Ik ben in de achtbaan geweest.
A
achtbaan
B
geweest
C
ik
D
ben geweest

Slide 7 - Quizvraag

Wat is het voltooid deelwoord in de volgende zin:

Hebben Anouk en Wendy de opdracht nog niet gemaakt?
A
Anouk en Wendy
B
Hebben
C
de opdracht
D
gemaakt

Slide 8 - Quizvraag

Wat is het voltooid deelwoord in de volgende zin:

Gisteravond hebben veel mensen naar het nieuwe programma gekeken.
A
gisteravond
B
hebben
C
gekeken
D
veel mensen

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Wat weet je nog over persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden?

Slide 11 - Woordweb

wat is een persoonlijk voornaamwoord?


A
mijn fiets
B
jij, hij, zij, het
C
eerste , tweede, derde
D
wie, wat, waar

Slide 12 - Quizvraag

Wat is het persoonlijk voornaamwoord
A
Hij
B
Iedereen
C
Het
D
Niets

Slide 13 - Quizvraag

Wat is een bezittelijk voornaamwoord?
A
duidt een persoon, dier of ding aan
B
geeft aan van wie iets is.

Slide 14 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een bezittelijk voornaamwoord?
A
ik
B
vergissen
C
mijn
D
me

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Waar is 'mijn' een voorbeeld van in de volgende zin: "Ik geef mijn eten aan hem."
A
Persoonlijk voornaamwoord
B
Bezittelijk voornaamwoord

Slide 25 - Quizvraag

Waar is 'hen' een voorbeeld van in de volgende zin: "Ik ga met hen naar de bioscoop."
A
Persoonlijk voornaamwoord
B
Bezittelijk voornaamwoord

Slide 26 - Quizvraag

Wat is juist? "Jou/jouw verhaal is heel langdradig."
A
Jou
B
Jouw

Slide 27 - Quizvraag

Wat is juist? "Is deze tas van jou/jouw?"
A
Jou
B
Jouw

Slide 28 - Quizvraag

Zelfstandig werken
Wat?
Les 45 maak vraag 1 t/m 10, blz. 94 en 95. 
Hulp nodig?
Overleg met je buurman/buurvrouw.
Lees uitleg op bladzij 94.
Tijd?
Tot einde van de les.
Klaar? 
Stillezen.

Slide 29 - Tekstslide

Zijn de onderstaande woordjes persoonlijke of bezittelijke voornaamwoorden?
Sleep elk woord hieronder naar het goede antwoord.

persoonlijk voornaamwoord
bezittelijk voornaamwoord
hen
ik
jij
jou
jouw
mijn
onze
wij
uw

Slide 30 - Sleepvraag

Lesafsluiting
Gedaan: nakijken les 44 en uitleg les 45
 
Geleerd: wat persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden zijn, en hoe je ze gebruikt

Morgen: les 46 --> verwijswoorden

FIJNE DAG ALLEMAAL!

Slide 31 - Tekstslide