Het Urinewegstelsel

Urinewegstelsel

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Urinewegstelsel

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Aan het einde van de les kun je de functies van de nieren benoemen
  • Aan het einde van de les kun je in eigen woorden het proces van urineproductie benoemen
  • Aan het einde van de les kun je observatiepunten toepassen bij een zorgvrager met uitdrogingsverschijnselen

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je van:
NIEREN

Slide 3 - Woordweb

Wat is de functie van de nieren?
Kies het juiste antwoord
A
afvalstoffen uit bloed verwijderen
B
regeling van de bloeddruk
C
alle antwoorden zijn juist
D
regeling van water- en zoutenhuishouding

Slide 4 - Quizvraag

Functie van de nieren
Functies van de nieren in het kort:
  1. Vorming van urine (diurese); afvoeren van afvalstoffen
  2. Binnen grenzen houden van vocht en elektrolyten, de pH en de bloeddruk 
  3. Productie van hormonen en vitaminen, zoals:
het hormoon EPO (erytropoëtine), dat het beenmerg stimuleert om rode bloedcellen te maken.
een hormoon dat de bloeddruk verhoogt (ADH en Aldosteron)
4. De nier zet vitamine D uit de huid om in de actieve vorm (vitamine D3). Dat zorgt voor meer calcium in het bloed

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Nefronen
  • Liggen in nierschors en niermerg 
  • Functionele eenheid van de nier -> Filteren het bloed en maken urine
  • Elke nier heeft 1 miljoen nefronen

Slide 8 - Tekstslide

Wat is filtratie?

Slide 9 - Woordweb

Hoeveel % van het bloed dat het hart uitpompt gaat naar de nieren?
A
5%
B
10%
C
20%
D
1%

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Overtollige afvalstoffen toegevoegd aan de urine
  • Bilirubine is het afbraakproduct van het hemoglobine (HB)
  • Urinezuur is een afbraakproduct van de cellen (stofwisseling)
  • Ureum is het afbraakproduct van eiwit
  • Creatinine is het afbraakproduct van spierweefsel

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

VOLUME REGULATIE

Slide 15 - Tekstslide

Bloeddruk regulatie
  •  Hoe meer water en elektrolyten worden vastgehouden, hoe hoger de bloeddruk. 
  • Bij een te lage bloeddruk maken de nieren een hormoon dat de bloeddruk verhoogt (Renine/aldosteron) (RAAS systeem) en neemt de productie van het ADH toe

Slide 16 - Tekstslide

Bij een slechte nierfunctie is de bloeddruk dan:
A
Te hoog
B
Te laag

Slide 17 - Quizvraag

Mensen met een nierprobleem houden juist vocht vast!
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Wat is dehydratie?

Slide 19 - Woordweb

Benoem verschijnselen die te observeren zijn bij dehydratie

Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Tekstslide

5 belangrijkste functies van het urinewegstelsel

1. Steunfunctie
2. Doorlaatfunctie
3. Sluitfunctie
4. Seksuele functie
5. Rompstabiliteit

Slide 22 - Tekstslide

Urine- incontinentie heeft een negatieve invloed op de kwaliteit van leven van een zorgvrager.
vaak
regelmatig
soms
niet

Slide 23 - Poll

Nier/blaas stenen, behandeling
  • pijnstillers
  • spierverslappende medicijnen
  • verwijderen: niersteenvergruizer
  • verwijderen: ureteroscopie
  • verwijderen: operatie
  • medicijnen om calciumuitscheiding tegen te aan




Slide 24 - Tekstslide

Nier/blaas stenen:
 Kristalsteentjes in de niet gevormd uit urine.
1 op de 10 Europeanen krijgt ooit nierstenen; 0,1% heeft klachten.
Klachten: wanneer niersteentjes in nierkelken blijven hangen en samenklonteren en niet meer uitgeplast kunnen worden. 
Mannen 2 keer zo vaak dan vrouwen. <20 jaar vrijwel nooit en 50% heeft kans na eerdere niersteen, weer nierstenen 

Slide 25 - Tekstslide

Nier/blaas stenen
Oorzaken:
  • onvoldoende vochtopname
  • overmatig zweten
  • bepaalde medicijnen
  • urineweginfectie
  • bepaalde zouten in het lichaam
  • te veel eiwitten eten (vlees)



Slide 26 - Tekstslide

Stellingen nier/blaas stenen

Waar/Niet waar

  • Kleine nierstenen geven weinig klachten
  • Bij zeer eiwitrijke voeding heb je grotere kans op nierstenen
  • Nierstenen kunnen familiair bepaald zijn
  • Bij een niersteenkoliek kan je last hebben van bewegingsdrang.


Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

Opdracht:

  • Prostaatcarcinoom
  • Blaascarcinoom
  • Nierinsufficientie en dialyse
  • Niercelcarcinoom
Maak per groepje een poster of een PP omtrent het onderwerp dat je toegewezen krijgt.

Presenteer dit aan het einde van deze les. 

Succes!

Slide 29 - Tekstslide