Introductieles

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Je jas is uit en je capuchon af

Je telefoon is in je tas en je kauwgom in de prullenbak. 

Leg je boek en je schrift op tafel. 

Vandaag:

- planning periode 4 

- hoofdstuk stijlfiguren

Periode vier: schrijven

- schrijfstijl

- dialogen

- gedicht en rap.

Boek lezen

H. 3 Stijlfiguren (blz. 42)

Je weet wat stijlfiguren zijn en hoe je ze in een tekst kunt inzetten. 

Repetitio en anafoor

Tricolon (drieslag)

Climax en anticlimax

Eufemisme

Hyperbool

Understatement

Antithese(tegenstelling)

Paradox

Litotes

Retorische vraag

Chiasme (kruisstelling)

Spot

- ironie: milde spot

- sarcasme: bijtende spot

- cynisme: verbitterde spot

opbouw in drieën

in een reeks is de laatste stap een tegenvaller

sterke overdrijving

afgezwakte uitdrukking

verzachtende uitdrukking

tricolon

anticlimax

hyperbool

understatement

eufemisme

schijnbare tegenstelling

ontkennen van het tegenovergestelde

samenvoegen van tegengestelde woorden

kruisstelling (ABBA)

paradox

litotes

antithese

chiasme

Toen hij dat mooie doelpunt maakte, zie hij:' Dat kon er wel me door, hè?'

1. eufemisme
2. understatement
3. hyperbool
4. litotes

Denkend aan de dood kan ik niet slapen,
En niet slapend denk ik aan de dood.
(J.C. Bloem)

1. Chiasme
2. Litotes
3. Hyperbool
4. Understatement

Ik sta echt al tien jaar op je te wachten.

1. eufemisme
2. understatement
3. hyperbool
4. litotes

Mijn cijfer voor Nederlands viel niet tegen.

1. eufemisme
2. understatement
3. hyperbool
4. litotes

Maak opdracht 1 en 2 (blz. 44)

Je mag fluisterend overleggen

Dit is ook huiswerk