Concept 10: Globalisering (Ethiopië)

Huiswerk blz 25 opdr 1
a. In Ethiopië lijden veel mensen honger, terwijl het een groen en vruchtbaar land is.
b. ligging en gebiedskenmerken
c. bevolkingskenmerken
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-6

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Huiswerk blz 25 opdr 1
a. In Ethiopië lijden veel mensen honger, terwijl het een groen en vruchtbaar land is.
b. ligging en gebiedskenmerken
c. bevolkingskenmerken

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Infrastructuur
In Addis Abeba rijdt de eerste lightrail van Afrika, maar buiten de Ethiopische hoofdstad is de infrastructuur slecht. 
 


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

blz 25 opdr 2
b. Noteer steeds het verband tussen de begrippen in de volgende zinnen.

Antwoord in een Hoe ..., hoe-zin voor Ethiopië. Bijvoorbeeld: Hoe hoger, hoe kouder.

  1.     reliëf en bevolkingsdichtheid
  2.     infrastructuur en gezondheidszorg
  3.     infrastructuur en voedselvoorziening   


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De transporttheorie van Ullman


Goederenhandel overbrugt kloof vraag en aanbod

Voorwaarde 1
complementariteit: reden voor handel vanuit een situatie waarin twee regio's elkaar aanvullen m.b.t. een bepaalde hulpbron
Voorwaarde 2
transporteerbaarheid: mate waarin het de moeite loont om een product te vervoeren
Voorwaarde 3
tussenliggende mogelijkheden: aantrekkende factor in een gebied dat bij vervoer dichter bij het herkomstgebied ligt dan het bestemmingsgebied

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk blz 25 opdr 2
a. door de voorwaarde transporteerbaarheid
b. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

blz 25 opdr 2
c. Welk verband zie je in Zwitserland tussen reliëf en bevolkingsdichtheid?



d. Beredeneer waarom het verband tussen reliëf en bevolkingsdichtheid in Zwitserland anders is dan in in Ethiopië. 
c. Hoe meer reliëf, hoe lager de bevolkingsdichtheid. 

d. In Zwitserland is de temperatuur gemiddeld lager dan in Ethiopië, waardoor het op de berg te koud is om er te wonen en voedsel te verbouwen, en waardoor het juist aangenaam is in het laagland.
In Ethiopië is het laagland (op de meeste plekken) te droog en te heet om er te wonen en voedsel te verbouwen.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

blz 25 opdr 2
e. Het gebied in W15 levert ten opzichte van het Ethiopische Hoogland een extra moeilijkheid op bij het aanleggen van goede infrastructuur.

Gebruik W15.
Welke extra moeilijkheid wordt bedoeld?

e. de aardbevingsgevoeligheid van dit gebied

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

blz 25 opdr 3
a. Beschrijf het verband tussen figuur 1.16 en 1.21 en geef hiervoor een verklaring.
beschrijving: Hoe meer reliëf, hoe meer neerslag.


verklaring: Het reliëf dwingt lucht te stijgen. Stijgende lucht koelt af en kan minder waterdamp bevatten, waardoor het gaat regenen.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

blz 25 opdr 3
b. Leg uit waarom de boer in figuur 1.19 minder soorten gewassen kan verbouwen dan Abebe Moliso in figuur 1.12.


De boer in figuur 1.19 woont in het droge zuiden van Ethiopië. Daar kunnen minder soorten gewassen groeien dan in het Ethiopische Hoogland.
1. 19 Op weg naar de lokale markt in het droge zuiden van Ethiopië om graan te verkopen.
1.12 Abebe Moliso bewerkt zijn land met een van zijn dochters.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

blz 25 opdr 3
c. Noteer twee voor- en twee nadelen van het reliëf voor de bevolking van Ethiopië.


Twee voordelen gevraagd, bijvoorbeeld:
    aangenamere temperaturen
    meer neerslag waardoor meer landbouw mogelijk is
    meer toerisme
Twee nadelen gevraagd, bijvoorbeeld:
    De transporteerbaarheid van goederen neemt af.
    Voorzieningen als scholen, ziekenhuizen en voedselmarkten zijn slechter bereikbaar.
    De aanleg van infrastructuur is ingewikkelder / duurder.
1. 19 Op weg naar de lokale markt in het droge zuiden van Ethiopië om graan te verkopen.
1.12 Abebe Moliso bewerkt zijn land met een van zijn dochters.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

blz 25 opdr 3
d. Beschrijf het neerslagregiem gedurende het jaar in Ethiopië.

Twee voordelen gevraagd, bijvoorbeeld:
    aangenamere temperaturen
    meer neerslag waardoor meer landbouw mogelijk is
    meer toerisme
Twee nadelen gevraagd, bijvoorbeeld:
    De transporteerbaarheid van goederen neemt af.
    Voorzieningen als scholen, ziekenhuizen en voedselmarkten zijn slechter bereikbaar.
    De aanleg van infrastructuur is ingewikkelder / duurder.
1. 19 Op weg naar de lokale markt in het droge zuiden van Ethiopië om graan te verkopen.
1.12 Abebe Moliso bewerkt zijn land met een van zijn dochters.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Concept 10: Globalisering (Ethiopië)

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Openingsfoto
Wat zie je?
Waar komt dit voor?
Waarom komt dit hier voor?
Is dit gewenst?
Komt dit overal zo voor? 

Slide 15 - Tekstslide

Beschrijving van de openingsfoto

Afbeelding: Graan wordt als bulkgoed per schip vervoerd


Terugblik: landen indicatoren

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel(en)
Aan het einde van de les kan je:
  • de ruimtelijke verschillen in de mondiale voedselvoorziening verklaren
  • beschrijven in hoeverre  mondiale voedselvoorziening een rol bij de productie en consumptie van voedsel



Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Benodigde voorkennis 
Je weet wat mondiale voedselvoorziening is
Je weet hoe globalisering werkt
Je weet mondiale voedselvoorziening in kaart brengen
Je weet wat voedselcrisis inhoudt

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kwantitatieve honger
Hongersnood
Kwalitatieve honger
Ondervoeding
(Acuut) gebrek aan voedsel
langere tijd mindere energie dan 1690 kilocalorieën per dag
te weinig eiwitten en/of vitaminen
voortdurend te weinig of te eenzijdig eten 

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het grote plaatje

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten honger
Ondanks dat er wereldwijd genoeg voedsel wordt geproduceerd om de hele wereldbevolking te voeden is er toch sprake van een voedselcrisis door de ongelijke verdeling van voedsel.  Voedsel en voedselzekerheid zijn vastgelegd in de Universele Verklaring v/d Rechten v/d Mens.








kwantitatieve honger
kwalitatieve honger
verminderde lichamelijke conditie door een langdurig tekort aan energiebronnen

acuut gebrek = hongersnood
verminderde lichamelijke conditie door een eenzijdige samenstelling van het voedsel

= ondervoeding

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Basisbehoeften
De vier basisbehoeften

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voedselprobleem


  • Oneerlijke concurrentie
  • Verdelingsproblemen
  • Groene Revolutie 
Groene Revolutie = Er moest een oplossing komen voor de tekorten, want er dreigde hongersnood. Men vergrootte de productie door de introductie van nieuwe variëteiten, kunstmest, pesticiden, nieuwe irrigatietechnieken, verbeterde zaden en het verstrekken van landbouwkredieten. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Globalisering
Geglobaliseerde landbouw: commerciële landbouw die is gericht op en sterk wordt beïnvloed door de wereldmarkt. 
  • voornamelijk granen, zoals tarwe en mais, verhandeld door de lange houdbaarheid en opslag op termijn
  • voedselprijzen komen tot stand op de wereldmarkt

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De transporttheorie van Ullman


Goederenhandel overbrugt kloof vraag en aanbod

Voorwaarde 1
complementariteit: reden voor handel vanuit een situatie waarin twee regio's elkaar aanvullen m.b.t. een bepaalde hulpbron
Voorwaarde 2
transporteerbaarheid: mate waarin het de moeite loont om een product te vervoeren
Voorwaarde 3
tussenliggende mogelijkheden: aantrekkende factor in een gebied dat bij vervoer dichter bij het herkomstgebied ligt dan het bestemmingsgebied

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wereldsysteem: hoe ontstaan?
  • Koloniale periode: kolonieën (periferie) leverde grondstoffen voor het moederland (centrum). Centrum had economische en politieke macht. 

  • MAAR: de verhoudingen veranderen
    door de veranderingen in de 
Internationale arbeidsverdeling
De verdeling van werk over de verschillende landen

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Absolute en relatieve afstand

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wereldsysteem 
  • Op basis van  
  • kan je de wereld indelen in een systeem
    met centrum, periferie en semi-periferie. 
economische indicatoren
BNP / BBP
Indeling eroepsbevolking in sectoren
Opdracht
Schrijf voor jezelf een definitie van 
centrum - periferie - semi-periferie 

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wereldsysteem
Centrum
Semi-periferie
Periferie
- rijker
- grote dienstensector
- veel vraag naar goedkope producten en voedsel
- opkomende landen (economie)
- aandeel landbouw neemt af, groeiende industrie
- kenmerken van zowel centrum als periferie
- armere landen
- leveren grondstoffen en voedsel aan semi-p en centrum.
- vaak afhankelijk van 1 product
Nederland
India
Sudan 

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De transporttheorie van Ullman


Goederenhandel overbrugt kloof vraag en aanbod

Voorwaarde 1
complementariteit: reden voor handel vanuit een situatie waarin twee regio's elkaar aanvullen m.b.t. een bepaalde hulpbron
Voorwaarde 2
transporteerbaarheid: mate waarin het de moeite loont om een product te vervoeren
Voorwaarde 3
tussenliggende mogelijkheden: aantrekkende factor in een gebied dat bij vervoer dichter bij het herkomstgebied ligt dan het bestemmingsgebied

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voedselprobleem


  • Oneerlijke concurrentie
  • Verdelingsproblemen
  • Groene Revolutie 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies

W
WAT GEEFT DE KAART WEER (LEGENDA)?
A
Algemene patroon?
WAAR VEEL? WAAR WEINIG? GEBRUIK SPREIDINGSWOORDEN
U
Uitzonderingen
WELKE GEBIEDEN VALLEN BUITEN HET ALGEMENE PATROON?
W
Windrichtingen. 
BESCHRIJF MET BEHULP VAN WINDRICHTINGEN (EN TOPONIEMEN)

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Actualiteit

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig lezen 
en verwerken

Lesboek met 
Halo AR


Verdieping
timer
5:00

Slide 35 - Tekstslide

Verdiepend artikel

https://www.nationalgeographic.nl/geschiedenis-en-cultuur/2020/01/wat-de-wereld-kwijt-kan-raken-een-conflict-met-iran
Woordenboek
Vul je persoonlijke woordenboek aan met de 
woorden die je nog niet kent:
FAO
voedselcrisis
kwantitatieve honger
kwalitatieve honger
voedselzekerheid
geglobaliseerde landbouw
complementariteit


transporteerbaarheid
tussenliggende mogelijkheden
handelspolitiek
dumping
Groene Revolutie
genetisch gemanipuleerde voedsel
droogte resistente gewassen

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluitende foto
Wat zie je?
Waar komt het voor?
Waarom komt dit hier voor?
Is dit gewenst?
Komt dit overal zo voor? 

Slide 37 - Tekstslide

Beschrijving van de afsluitende foto

Afbeelding: Een slechte infrastructuur belemmert de transporteerbaarheid

Huiswerk
Artikel
Titel
Documentaire
Titel
Quizlet
Quizlet H1 §1
Huiswerk
Voorkennis opdrachten
- werkblad ".........."
- werkblad ".........."

Huiswerk opdrachten
- H1 §1 vragen 1 t/m 9

Slide 38 - Tekstslide

Artikel:
link

Documentaire:
link

Quizlet:
link

Slide 39 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Artikel bespreking
Lees het artikel
Verdiepende vragen

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Quizlet bespreking
Kernbegrippen Quizlet
Verdiepende vragen



dumping
complementariteit
Groene Revolutie


Wat betekent het begrip?

Kan je er een zin mee maken?

Kan je het begrip tekenen?

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijfopdracht
Maak je eigen samenvatting;
Schrijf een artikel over.

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Atlaskaarten

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Exit Ticket
Hoe goed heb je de les begrepen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 45 - Poll

Deze slide heeft geen instructies