werkwoordstijden klas 2 periode 4

Werkwoorden Latijn
praesens
imperfectum
perfectum
plusquamperfectum
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Werkwoorden Latijn
praesens
imperfectum
perfectum
plusquamperfectum

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Amaveratis
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 3 - Quizvraag

Dixisti
A
praesens
B
imperfecum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 4 - Quizvraag

Audiebam
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 5 - Quizvraag

Miserant
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 6 - Quizvraag

Audiunt
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 7 - Quizvraag

Deponent: raar rijtje, normaal vertalen
deponent = stam eindigt op -or / (r)i
bijvoorbeeld:
 hortor, hortari
loquor, loqui 

Slide 8 - Tekstslide

Passief: normaal werkwoord met 'rare uitgangen' 
- vertaal met worden (praesens) / werden (imperfectum) 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Vertaal amabatur

Slide 11 - Woordweb

Vertaal hortabar

Slide 12 - Woordweb

Vertaal amatur

Slide 13 - Woordweb

passief / deponent (plusquam)perfectum
voltooid deelwoord + ww 'zijn'

bijv. ik ben bemind / ik werd bemind
ik was bemind (geworden) 

Slide 14 - Tekstslide

voltooid deelwoord = PPP
participium perfectum passief
stam + tus, -a, -um
bijv. amatus sum, es, est
amati sumus, estis, sunt

Slide 15 - Tekstslide

perfectum deponent/passief
PPP + sum
es
est
sumus
estis
sunt

Slide 16 - Tekstslide

plusquamperfectum deponent / passief
PPP + eram
eras
erat
eramus
eratis
erant

Slide 17 - Tekstslide

Vertaal amatus eram

Slide 18 - Woordweb

Vertaal auditus sum

Slide 19 - Woordweb

Vertaal auditi eramus

Slide 20 - Woordweb

Vertaal auditi sunt

Slide 21 - Woordweb

Slide 22 - Tekstslide

Deponent = normaal vertalen
bijv. Hortor = ik spoor aan
hortabar = ik spoorde aan
hortatus sum = ik heb aangespoord/ ik spoorde aan
hortatus eram = ik had aangespoord

Slide 23 - Tekstslide

Conati sunt
(conor = proberen)

Slide 24 - Woordweb

datum est
(do, dare = geven)

Slide 25 - Woordweb

Salutatus est
(saluto, salutare = groeten)

Slide 26 - Woordweb