Par 6.2_van alle markten thuis_3M

Agenda les
  • checken leerdoelen par 6.1
  • uitleg par 6.2
  • zelf aan de slag 
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Agenda les
  • checken leerdoelen par 6.1
  • uitleg par 6.2
  • zelf aan de slag 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem de 4 productiefactoren en hun beloningsfactor

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Pizzeria Mama Mia heeft een scooter besteld voor de pizzabezorging. De scooter kost € 3.300. De verwachting is dat de scooter 6 jaar meegaat en dan nog € 750 waard is. Bereken de afschrijving per jaar. (berekening bij antwoord)

Slide 3 - Open vraag

(3.300-750):6 jaar = 2.550: 6 jaar= 425
Wat is een voorbeeld van investeren door een bedrijf?
A
aandelen kopen
B
een fabriekshal huren
C
geld op een spaarrekening zetten
D
productiemachines kopen

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen par 6.2
  • Kun je in eigen woorden omschrijven wat een abstracte en concrete markt is;
  • Kun je uitleggen hoe vraag en aanbod invloed hebben op de prijs
  • Kun je uitleggen waarom het marktaandeel voor een bedrijf belangrijk is

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Concrete markt: een plaats waar op afgesproken tijden goederen worden verhandeld.
Abstracte markt: Het geheel van vraag naar en aanbod van een product
AANBOD= PRODUCENT EN VRAAG = CONSUMENT

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verkoopprijs vaststellen
Een winkelier houdt bij het vaststellen van de verkoopprijs rekening met:
  • De inkoopprijs die hij heeft betaald. Die wil hij in ieder geval terugverdienen.
  • De markt (concurrentie). Als de vraag naar een product toeneemt, kan de prijs omhoog. Als de vraag afneemt, of als er meer aanbod komt, moet hij zijn prijs laten zakken.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraaglijn = consument = dalende lijn
Aanbodlijn = Producent = stijgende lijn

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Evenwichtsprijs= prijs waar vraag en aanbod aan elkaar gelijk zijn.
Evenwichtshoeveelheid  = de hoeveelheid producten die gevraagd en aangeboden wordt bij de evenwichtsprijs

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan de slag
  • Lees paragraaf 6.2 blz 166 t.m 168
  • maak alle opgaven
  • Leer de begrippen van par 6.1 en 6.2

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Marktaandeel: is de afzet van een bedrijf als percentage van de totale afzet van dat product

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies