09-01-2023

Hoy es el 09 de enero de 2023
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansBeroepsopleiding

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 75 min

Onderdelen in deze les

Hoy es el 09 de enero de 2023

Slide 1 - Tekstslide

Lo que vamos a hacer hoy
  • Repasar los indefinidos
  • Mirar Deberes
WB.
p.17, ejs. 1, 2/ p. 22, ejs. 15, 16.
Reglas y Sistemas : ¿Qué? en ¿Cuál/ Cuáles? 

Slide 2 - Tekstslide

La ruleta vd onregelmatige ww 

Slide 3 - Tekstslide

1. Mi amiga no (querer) cenar conmigo en Navidad.
2. Mis hijos ( estar) con gripe la semana pasada.
3.(yo) No (poder) ir a visitarte ayer porque (tener que) trabajar hasta las ocho.
4. ¿(vosotros) ( Ir) a la costa en las vacaciones?
5. El otro día Juan (pedir) la cuenta en el restaurante y (irse) rápidamente.
6. ¿Qué tiempo ( hacer) durante tus vacaciones de esquí?

Slide 4 - Tekstslide

Vul het juiste vraagwoord in. Kies uit: CUÁL, CUÁLES, QUÉ

¿...................... hiciste ayer?

A
Cuál
B
Cuáles
C
Ques
D
Qué

Slide 5 - Quizvraag

¿............. has comprado en el Rastro?


A
Qué
B
Cuál
C
Cuáles
D
Quién

Slide 6 - Quizvraag

¿................... son las reglas de gramática?

A
Cuáles
B
Qué
C
Cuál
D
Quué

Slide 7 - Quizvraag

De compras en El Rastro de Madrid  .........
  • Lee:  
     ¿Cuándo y  dónde ?
      ¿Qué se puede comprar allí?
     
  • Subraya (onderstreep)
      los pronombres indefinidos.
TB.p. 21 ejs. 4a/ 4b
een onbepaald voornaamwoord verwijst naar een deel van een groep zonder het nader  bepalen: enkele, geen een, een paar etc.

Slide 8 - Tekstslide

onbepaald vnw 

Slide 9 - Tekstslide

A. De onveranderlijke onbepaalde voornaamwoorden
Algo, nada, todo:   zaken
alguien en nadie:  personen              worden zelfst. gebruikt
cada voor personen EN zaken

p.115

Slide 10 - Tekstslide

Ejercicio  p. 21, ej.4c : Verbeter de zinnen die fout zijn

                             
B. De veranderlijke onbepaalde voornaamwoorden
ja,een paar

Slide 11 - Tekstslide

Los pronombres indefinidos
Algo, nada, todo:   zaken
alguien en nadie:  personen              worden zelfst. gebruikt
cada voor personen EN zaken

alguno (a/os/as)
ninguno( a)                    hebben altijd betrekking op zelfst. nw              todo/a el/la.....
todos/as los /las                                   
1.ninguno en alguno verliezen de -o- voor een mnl zelfst.nw
2. staan nada, nadie en ninguno: achter het ww dan komt no ervoor!!

Slide 12 - Tekstslide

iets
niets
alles
geen ( enkele)
allemaal
enkele
iemand
niemand
alguien
algo
todo
alguno
ninguno
nadie
nada
Todos

Slide 13 - Sleepvraag

timer
3:00
1.algo
2.alguien
3.algo
4.Nadie
5.No tenemos que hacer nada.
6.Hoy no me duele nada.
7. No hay nadie aquí.
Vul het pronombre indefinido in:

Slide 14 - Tekstslide

TB. 
p.21, oef.4a,b,c Opnieuw kijken
p.22, oef. 5a,b,c Maken.
WB.
p.17, oef.3
p.18, oef.4
p.21, oef.13
p.23 oef. 18, 19

Slide 15 - Tekstslide

Adiós

Slide 16 - Tekstslide