Voltooiddeelwoord

Spelling van de werkwoorden in de voltooide tijd
Thema Overtuigen
A1-A2
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Spelling van de werkwoorden in de voltooide tijd
Thema Overtuigen
A1-A2

Slide 1 - Tekstslide

🎯 Lesdoel:
Ik kan het voltooid deelwoord van regelmatige werkwoorden schrijven.


A2
Ik kan zelf zinnen maken met het juiste voltooid deelwoord.


Slide 2 - Tekstslide

  1. Welke werkwoorden hebben jullie gebruikt?
  2. Klopt de spelling?
  3. Hebben jullie -d of -t gebruikt?
Tip
voltooid deelwoorden beginnen vaak met ge-, ver-, be-.
Bijvoorbeeld:
Ik heb gefietst.

Schrijf een zin in de voltooide tijd.

Slide 3 - Woordweb

Uitleg:

Een voltooid deelwoord vertelt dat iets afgelopen is.
Het staat vaak met hebben of zijn.

Regel
Bij regelmatige werkwoorden eindigt het voltooid deelwoord op -d of -t.

Voorbeelden:
Ik heb gewerkt. (werk + t)
Zij heeft geluisterd. (luister + d)
Regelmatige werkwoorden
Regelmatige werkwoorden veranderen in de verleden tijd en in de voltooide tijd niet van klank.
Bijvoorbeeld:
Ik hoor - ik hoorde - ik heb gehoord
Ik plaats - ik plaatste - ik heb geplaatst

Slide 4 - Tekstslide

Regelmatige werkwoorden in de verleden tijd

Stap 1: 
Zoek de stam van het werkwoord.
Stap 2: 
Gebruik het kofschip (of soft ketchup) om te bepalen of je -d of -t gebruikt.

Stam eindigt op k, f, s, ch, p, t-t
Stam eindigt op andere letters ➡ -d
Voorbeelden


bedanken →  bedankt
feliciteren → gefeliciteerd
lukken → gelukt
acteren → geacteerd
bereiken → bereikt

📢 Gebruik het kofschip om te weten of je -d of -t moet schrijven!

Slide 5 - Tekstslide

Kies de juiste vorm:
-d of -t?



  1. Oefenen → geoefen____?
  2. snoepen → gesnoep____?
  3. turnen → geturn____?
A2
A2-oefeningen:

  1. Hij … (hebben) het doel (bereiken).
  2. Ik … (hebben) zijn verhaal niet ... (geloven).
  3. Wij … (zijn) aan ons nieuwe huis... (wennen).

Slide 6 - Tekstslide

Vul de juiste voltooide tijd in:
Het is me niet... (lukken).

Slide 7 - Open vraag

Vul de juiste voltooide tijd in:
Hij heeft goed voor de toets ... (oefenen).

Slide 8 - Open vraag

Vul de juiste voltooide tijd in:
Mijn vriendin heeft me altijd... (steunen).

Slide 9 - Open vraag

A1

  • Werk in tweetallen
  • Draai de spinner
  • Schrijf het voltooid deelwoord en maak een zin.
  • Draai in totaal 4x

A2


  • Werk in tweetallen
  • Draai de spinner
  • Schrijf het voltooid deelwoord en maak een zin.
  • Schrijf 2 samengestelde zinnen.
  • Draai in totaal 6x
Voorbeelden
A1:
(feliciteren) → Ik heb haar gefeliciteerd.

A2:
(verbeteren) → Ikheb mijn fouten verbeterd maar de juf is nog niet tevreden. 

Slide 10 - Tekstslide

Vind je het moeilijk om werkwoorden in de voltooide tijd te schrijven?
😒🙁😐🙂😃

Slide 11 - Poll

Meer oefenen A1

Ga naar DISK:
  • Grammatica:
  • 2 het werkwoord:
2.15 het werkwoord: ik heb gewerkt, ik heb geluisterd (1)
Meer oefenen A2

Ga naar DISK:
  • Grammatica:
  • 2 het werkwoord:

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht
Ga naar de Classroom en schrijf de verleden- en de voltooide tijd voor de regelmatige werkwoorden.
Klaar?
1. Zoek foto's en maak een zin bij alle werkwoorden.
2. Schrijf een kort verhaal met minimaal drie zinnen en drie werkwoorden uit de lijst.
3. Zoek de verleden tijd en de voltooide tijd op in de lijst met onregelmatige werkwoorden in Disk van de werkwoorden die niet geel gemarkeerd zijn. 

Slide 13 - Tekstslide