5h-12-9-Genitiv-herhaling-naamvallen

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1-3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Ziele dieser Stunde:
Mit Laptop:
- du wiederholst Schreibmittel über Meinungen (S. 86 = Hausaufgabe)
- du lernst die Formen des Genitivs und kannst sie benutzen (neu)
 - du kannst die Fälle benutzen (Wiederholung)



Slide 2 - Tekstslide

Herzlichen Dank für (jouw) E-Mail (v).
A
du
B
dich
C
dein
D
deine

Slide 3 - Quizvraag

Ich danke (jou) für die Einladung.
A
du
B
dir
C
dich
D
deine

Slide 4 - Quizvraag

Ich (zou hebben) früher schreiben sollen
A
habe
B
hatte
C
hätte

Slide 5 - Quizvraag

Gelukkig nieuwjaar!

Slide 6 - Open vraag

met Kerstmis

Slide 7 - Open vraag

Dit jaar doe ik eindexamen.
A
Dieses Jahr mache ich die Abschlussprüfung.
B
Dieses Jahr mache ich meine Abschlussprüfung.
C
Dieses Jahr mache ich die Abschlussprüfungen.
D
Dieses Jahr mache ich meine Abschlussprüfungen.

Slide 8 - Quizvraag

Genitiv (tweede naamval)

Slide 9 - Tekstslide

In het Nederlands?
Het Koninkrijk der Nederlanden
Het Leger des Heils
's avonds (=des avonds)
's Gravenhage
plek des onheils
de heer des huizes
de tand des tijds


Slide 10 - Tekstslide

De tweede naamval drukt uit dat twee personen of zaken bij elkaar horen. In het Nederlands gebruiken we dan meestal van. Bijvoorbeeld:

de auto van mijn zus  -  das Auto meiner Schwester

Slide 11 - Tekstslide

Een mannelijk of onzijdig zelfstandig naamwoord krijgt in de tweede naamval de uitgang -s of -es:
- s bij woorden met twee of meer lettergrepen: das Haus des Direktors (Direktor)


Tekst
- es bij woorden met één lettergreep of na een s-klank
das Haus des Kindes (Kind)
der Patient des Krankenhauses

Slide 12 - Tekstslide

Een mannelijk of onzijdig zelfstandig naamwoord krijgt in de tweede naamval de uitgang -s of -es:
- s bij woorden met twee of meer lettergrepen: das Haus des Direktors (Direktor)


- es bij woorden met één lettergreep of na een s-klank
das Haus des Kindes (Kind)
der Patient des Krankenhauses

Slide 13 - Tekstslide

2e naamval of von?
In spreektaal komt von wel regelmatig voor 
en
-bij namen van personen: die Eltern von Tim
-bij geografische namen: der Hafen von Hamburg

Slide 14 - Tekstslide

1. De mening van mijn zus =
Die Meinung _________ Schwester__
A
meiner Schwester
B
meines Schwesters

Slide 15 - Quizvraag

2. Der Turm dies___ Kirche____ (v)
A
dieses Kirches
B
dieser Kirche
C
dieser Kirches
D
dieses Kirche

Slide 16 - Quizvraag

3. Die Besitzerin dies____ Hund____ (m)
A
dieser Hundes
B
dieser Hund
C
dieses Hundes
D
dieses Hund

Slide 17 - Quizvraag

Und jetzt: Lernziel erreicht?
1) Wir machen ein Quizizz über den Genitiv. (8 Minuten)
Du darfst die Genitiv-Kopie benutzen.
2) Wir machen ein Quizizz über die Fälle. (10 Minuten)
Du darfst dein altes Naamvalschema, dein Wörterbuch oder die Grammatik-Übersicht benutzen.
=> Ziel: mindestens 70%

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Link

Slide 20 - Link

Ik kan de 4 naamvallen gebruiken
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll

Hierover heb ik nog meer uitleg nodig en/of
dit moet ik nog beter oefenen:

Slide 22 - Open vraag

Hausaufgaben
Bitte Wörterbuch NL-D mitnehmen & Laptop (aufgeladen)!

Grammatiktraining: Aufgabe 7-11 machen (Reader, Seite 76-80)
Du darfst die Grammatikübersicht benutzen:
=> uitleg persoonlijke voornaamwoorden: Seite 109

=> uitleg naamvallen Seite 104-107


Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide