Klinische les

1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgendeMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Diabetes

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Video

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Stelling: een helpende plus collega, is bekwaam genoeg om diabetes medicatie te verstrekken?
A
Eens
B
Oneens

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Gezondheidsadviezen

Slide 13 - Woordweb

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Tekstslide

De schijf van 5 is zojuist in beeld geweest, welke voedingsproducten zag je allemaal voorbijkomen?
A
Peulvruchten, groente, aardappelen en sauzen.
B
Vlees, bereidingsvetten, brood en alcohol.
C
Graanproducten, ei, fruit en aardappelen.
D
Noten, vis, vlees, sauzen en brood.

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Wat doen jullie aan beweging?

Slide 21 - Woordweb

Slide 22 - Video

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Link

Slide 31 - Video

Kennisquiz 

Slide 32 - Tekstslide

Welke types diabetes zijn er?

Slide 33 - Open vraag

Stelling: bij alle types van diabetes is hetzelfde voedingsadvies?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 34 - Quizvraag

Vanaf welke waarde is er sprake van een HYPO?

Slide 35 - Open vraag

Stelling: verzadigde vetten zijn beter voor hart en bloedvaten dan onverzadigde vetten?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 36 - Quizvraag

Stelling: bewegen zorgt ervoor dat cellen beter reageren op insuline
A
Waar
B
Niet waar

Slide 37 - Quizvraag

Als je diabetes hebt, dan heb je een grotere kans op?
A
Hart en vaatziekte
B
Zenuwbeschadeging
C
Chronische nierschade
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 38 - Quizvraag

Wat houdt een gezond eetschema in?
A
3x per dag eten
B
6x per dag eten
C
Verschilt per persoon

Slide 39 - Quizvraag

Welk symptoom komt voor bij een HYPO én een HYPER?

Slide 40 - Open vraag

Slide 41 - Tekstslide

Waar wordt Insuline geproduceerd?

Slide 42 - Open vraag

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide