Schrijven zakelijke brief tweedejaars

Zakelijk schrijven
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Zakelijk schrijven

Slide 1 - Tekstslide

Als je een tekst schrijft en je wil de lezer overtuigen, dan schrijf je ...
A
een informerende tekst
B
een beschouwende tekst
C
een activerende tekst
D
een betogende tekst

Slide 2 - Quizvraag

Je schrijft een klachtenbrief naar een bungalowpark waar je al tien jaar komt. Welk taalgebruik gebruik je?
A
Formeel - u
B
Informeel - je

Slide 3 - Quizvraag

Welk antwoord is goed?
A
t.a.v. mevrouw De Vries
B
T.a.v. Mevrouw de Vries
C
T.a.v. mevrouw De Vries
D
T.a.v. Mevrouw De Vries

Slide 4 - Quizvraag

Welk antwoord is goed?
A
Apeldoorn, 13-01-2019
B
Apeldoorn 13 januari 2019
C
Apeldoorn, 13 jan. 2019
D
Apeldoorn, 13 januari 2019

Slide 5 - Quizvraag

Welk antwoord is goed?
A
Betreft: uitnodiging presentatie
B
Betreft: Uitnodiging presentatie
C
Betreft: uitnodiging presentatie.
D
Betreft: Uitnodiging presentatie.

Slide 6 - Quizvraag

Welke inleiding is goed?
A
Dit artikel schrijf ik, omdat er een discussie in de klas ontstond.
B
Dit artikel schrijf ik omdat, er een discussie in de klas ontstond.
C
Ik schrijf dit artikel, omdat er een discussie in de klas ontstond.
D
Hallo allemaal, dit artikel schrijf ik, omdat er een discussie in de klas ontstond.

Slide 7 - Quizvraag

Hoeveel alinea's moet je zakelijke brief minimaal hebben?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 8 - Quizvraag

Welk antwoord is goed?
A
Bedankt voor uw medewerking.
B
Bedankt voor Uw medewerking.
C
Bedankt voor u medewerking.
D
Bedankt voor U medewerking.

Slide 9 - Quizvraag

Welke afsluiting bij een zakelijke brief is goed?
A
Met vriendelijke groet, Naam + Achternaam
B
met vriendelijke groet, Naam + Achternaam
C
Mvg, Naam + Achternaam
D
Naam + Achternaam

Slide 10 - Quizvraag

Welk antwoord geeft de juiste volgorde aan:
1. plaats, datum 2. jouw adres 3. adres bedrijf 4. betreft 5. aanhef
A
12345
B
21345
C
23145
D
31254

Slide 11 - Quizvraag

Een zakelijke brief heeft een vast opbouw met tenminste 3 alinea's. Moet dit altijd?
A
Ja
B
Nee

Slide 12 - Quizvraag

Welke zin is klantvriendelijker?
A
Hierbij stuur ik u de plattegrond van de camping.
B
Hierbij ontvangt u de plattegrond van de camping.

Slide 13 - Quizvraag

Praat in gedachten met de lezer
  • Hoe reageert mijn lezer op mijn tekst? 
  • Welke vragen roept mijn tekst bij de lezer op?
  • Heb ik antwoord gegeven op WWWWH?
  • Welke emoties heeft de lezer?


Slide 14 - Tekstslide