M8 H1 Wisselkoersen

H1 Wisselkoersen
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H1 Wisselkoersen

Slide 1 - Tekstslide

Afspraken volgen online les
  • De Meet link staat in Classroom
  • Ik voeg de presentaties toe aan Classroom (lesmateriaal)
  • Je volgt de les aan een tafel of bureau, met je camera aan
  • Je hebt de microfoon uit (tot je gevraagd wordt te reageren)
  • Je stelt vragen via de chat

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen, je kunt:
  • uitleggen wat procyclische en anticyclische variabelen zijn
  • de gevolgen uitleggen van hoog- of laagconjunctuur
  • uitleggen wat de relatie is tussen wisselkoersen en de betalingsbalans

Slide 3 - Tekstslide

Programma




Begrippen uit de vorige les (conjunctuur)
Uitleg wisselkoersen
Afsluiting: wat heb je geleerd?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Een (rode) trendlijn die de gemiddelde reële economische groei weergeeft. Een (blauwe) conjunctuurlijn die de schommelingen in de economie weergeeft. Goede tijden, boven de trend: hoogconjuctuur. Slechte tijden, onder de trend: laagconjunctuur.
Wat zien we in de grafiek?

Slide 6 - Woordweb

Voorbeelden: consumptie, investeringen, werkloosheid, vacatures, consumentenvertrouwen, producentenvertrouwen, faillissementen, huizenprijzen.
Welke conjunctuurindicatoren
kun je noemen?

Slide 7 - Woordweb

De overheidbestedingen (O) stijgen, de belastingontvangsten (B) dalen, een begrotingstekort wordt groter.
Wat gebeurt er met de overheidsfinanciën in tijden van laagconjunctuur?

Slide 8 - Woordweb

Dat de koopkracht van die uitkeringen gelijk blijft. Ze stijgen wanneer de inflatie stijgt.
Wat zou bedoeld worden met
'waardevaste' uitkeringen?

Slide 9 - Woordweb

Dat de koopkracht van die uitkeringen stijgt. Ze stijgen net zoveel als de gemiddelde lonen stijgen (met een hoger % dan alleen de inflatie)
Wat zou bedoeld worden met
'welvaartsvaste' uitkeringen?

Slide 10 - Woordweb

In laagconjunctuur geen geld om uitkeringen waardevast te houden. In hoogconjunctuur zelfs geld om uitkeringen welvaartsvast te houden.
Wat verwacht je van de waardevaste
welvaartsvaste uitkeringen tijdens laagconjunctuur en hoogconjunctuur?

Slide 11 - Woordweb

Begrippen conjunctuur
Procyclische variabelen => volgen het patroon van de conjunctuurlijn. Voorbeeld?
  • als economische groei hoog, consumptie ook hoog
Anticyclische variabelen => bewegen tegengesteld aan de conjunctuurlijn. Voorbeeld?
  • als economische groei hoog, werkloosheid laag

Slide 12 - Tekstslide

Gevolgen van de conjunctuur
  • Werkloosheid (hoger in laagconjunctuur)
  • Overheidsfinanciën (meer uitkeringen betalen & minder belasting ontvangen, dus groter tekort in laagconjunctuur)
  • Internationale handel (export lager in laagconjunctuur)
  • Waardevaste en welvaartsvaste uitkeringen

Slide 13 - Tekstslide

Wisselkoers: de prijs van de ene valuta (munt) uitgedrukt in een andere valuta. Wisselkoers euro/dollar = prijs van een euro in dollars => 1 € = 1,25 $
Wat is een wisselkoers?

Slide 14 - Woordweb

Wisselkoers euro/dollar = prijs van een euro in dollars => 1 € = 1,25 $. 
Beide delen door 1,25 => 
Wisselkoers dollar/euro = prijs van een dollar in euro's => 1 $ = 0,80 €.
Koers euro/dollar 1€ = 1,25$
Hoe bereken je de omgekeerde wisselkoers dollar/euro?

Slide 15 - Woordweb

De koers wordt bepaald door vraag en aanbod (van beide muntsoorten).
Wat bepaalt de hoogte van een wisselkoers?

Slide 16 - Woordweb

Begrippen wisselkoers
  • Appreciatie => stijging van de wisselkoers (euro/dollar) als gevolg van meer vraag (naar euro's in ruil voor dollars).
  • Bv. door stijging export naar Verenigde Staten, vraag naar euro's, aanbod van dollars.
  • Depreciatie => daling van de wisselkoers (euro/dollar) als gevolg van minder vraag (naar euro's in ruil voor dollars).
  • euro/dollar => variabele of zwevende wisselkoers

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Begrippen wisselkoers
  • Naast zwevende wisselkoersen ook vaste wisselkoersen.
  • Valuta aan elkaar gekoppeld in een vaste verhouding.
  • Bv. China had yuan gekoppeld aan de dollar (overheid verplicht zich in te wisselen tegen vaste verhouding)

Slide 19 - Tekstslide

Deelrekeningen van lopende rekening (goederenrekening, dienstenrekening, primaire inkomensrekening, inkomensoverdrachtenrekening) en kapitaalrekening.
Op toets voor internationale transacties => welke deelrekening betalingsbalans en of het inkomsten of uitgaven zijn.
Welke deelrekeningen zijn dat?

Slide 20 - Woordweb

Inkomsten op betalingsbalans = > vraag naar euro's in ruil voor dollars => stijging wisselkoers.
Betalingsbalans =>
inkomsten en uitgaven.
Welke verhogen de euro/dollar koers?

Slide 21 - Woordweb

Zelf nadenken voor volgende keer:
wat effect is van zwevende of vaste wisselkoersen 
op de conjunctuur ...

Slide 22 - Tekstslide

Lesdoelen, je kunt:
  • uitleggen wat procyclische en anticyclische variabelen zijn
  • de gevolgen uitleggen van hoog- of laagconjunctuur
  • uitleggen wat de relatie is tussen wisselkoersen en de betalingsbalans

Slide 23 - Tekstslide

Huiswerk



Bestuderen § 1.3 en 1.4 en maken opdracht 15 t/m 21


Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Link