In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Groenten bereidingstechnieken
KOK NIVEAU 2
HOOFDSTUK HOOFDGERECHTEN
PARAGRAAF GROENTEN
Slide 1 - Tekstslide
Programma
Herhaling van de lesstof van onderwijsperiode 3 / vorige les
Leg in eigen woorden uit dat groenten gezond zijn
Noem vijf verschillende productgroepen op van groenten
Leg uit op welke punten je moet letten bij de inkoop van groenten
Slide 2 - Tekstslide
Welke bereidingstechnieken kan je toepassen op groenten?
Slide 3 - Woordweb
Lesdoelen
Aan het einde van de les
Weet je van minimaal drie bereidingstechnieken een kenmerk te benoemen
Kan je drie verschillende toepassingsmogelijkheden opnoemen van groenten
Kan jij in eigen woorden uitleggen waar je op let bij het schoonmaken van groenten
Slide 4 - Tekstslide
Hoeveel groenten moet je dagelijks eten om aan je voedingstoffen te komen?
A
800 gram
B
500 gram
C
250 gram
D
50 gram
Slide 5 - Quizvraag
Toepassingsmogelijkheden van groenten
Groenten kunnen verschillende functies in het menu vervullen:
koud voorgerecht of als onderdeel daarvan
soepgarnituur of vegetarische soep
salade
warm voorgerecht
zelfstandige groentegerecht
onderdeel van een hoofdgerecht
in tafelzuur
Slide 6 - Tekstslide
Groenten schoonmaken
Was groenten zo veel mogelijk voor het snijden
Was groenten in ruim koud water met een zachte straal
Laat groenten niet te lang in water liggen.
Slide 7 - Tekstslide
Wat gebeurd er als je groenten te lang in water laat liggen?
A
Je droogt de groenten uit
B
Ze gaan de kleur van het water overnemen
C
De groenten zuigt zich vol met water
D
Je verliest de vitamine C, mineralen en smaak
Slide 8 - Quizvraag
Blancheren
Blancheren ⮕ voorbereidingstechniek
Beetgaar maken van de groenten voor een verdere bereidingstechniek
Behouden van de (groene) kleur
Wegnemen van de bittere smaak bij kool en ander sterk smakende groenten
Als voorbewerking op invriezen
Laten slinken van de groenten
Slide 9 - Tekstslide
Stomen
Stomen ⮕ voorbereidingstechniek
Beetgaar maken van de groenten voor een verdere bereidingstechniek
Behouden van de (groene) kleur
Wegnemen van de bittere smaak bij kool en ander sterk smakende groenten
Als voorbewerking op invriezen
Laten slinken van de groenten
Slide 10 - Tekstslide
Welke van deze vier hoort niet thuis bij stomen van groenten
A
Aanbrengen van een isolerende baklaag bij een product
B
Behouden van de kleur van een product
C
Beetgaar maken van een product
D
Wegnemen van de bittere smaak bij een product
Slide 11 - Quizvraag
Stomen
Stomen ⮕ voorbereidingstechniek
Beetgaar maken van de groenten voor een verdere bereidingstechniek
Behouden van de (groene) kleur
Wegnemen van de bittere smaak bij kool en ander sterk smakende groenten
Als voorbewerking op invriezen
Laten slinken van de groenten
Slide 12 - Tekstslide
Stoven
Stoven ⮕ Afmaaktechniek
Bij het stoven gaar je rauwe of voorbereide groente in vocht met boter. Hierdoor krijgt de groente meer smaak en gaat deze mooi glimmen. Stoven is een afmaaktechniek.
Slide 13 - Tekstslide
Bij het glaceren van groenten gebruik je de volgende ingrediënten
A
Olijfolie, suiker/honing
B
Water, boter, suiker/honing
C
Boter, zout, jus de veau
D
Bloem, boter, suiker
Slide 14 - Quizvraag
Glaceren
Glaceren ⮕ Afmaaktechniek
Het glaceren van groente lijkt erg op het stoven van groente in boter. Het verschil is dat er bij glaceren suiker of honing wordt toegevoegd om de groente van een glimmend suiker-boterlaagje te voorzien.
Slide 15 - Tekstslide
Gratineren
Gratineren ⮕ Afmaaktechniek
Hiermee geef je groente een bruin korstje. Je schept gare groente in een gratineerschaaltje en bedekt het met paneermeel of room- of kaassaus en geraspte kaas.
Slide 16 - Tekstslide
Frituren
Frituren ⮕ Afmaaktechniek
Harde groenten moet je eerst blancheren, bij zachte groenten hoeft dat niet.
Groente die je door een bierbeslag haalt en frituurt noem je fritots.
Gefrituurde groente serveer je met een saus en gefrituurde peterselie.
Je kunt groente ook paneren voor het frituren.
Slide 17 - Tekstslide
Evaluatie
Geef van drie bereidingstechnieken een kenmerk aan
Geef drie verschillende toepassingsmogelijkheden voor groenten
Leg in eigen woorden uit waar je op let bij de schoonmaak van groenten