In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 70 min
Onderdelen in deze les
Op tafel:
- map >> huiswerk
- pen
- laptop (dicht)
- stencils / Oefenboek
Welkom vwo 2!
timer
2:30
Slide 1 - Tekstslide
Vandaag vrijdag 20 september:
Huiswerk bespreken
Leesvaardigheid oefenen
Zelf aan de slag
Taalverzorging oefenen
Numo oefenen
Slide 2 - Tekstslide
Huiswerk bespreken
Pak erbij:
gemaakt huiswerk
pen
Slide 3 - Tekstslide
Zet een krul of verbeter je antwoord.
Slide 4 - Tekstslide
6a. In de Scandinavische speeltuinen kunnen kinderen zelfstandig spelen, zonder bemoeienis van hun ouders. Pippi Langkous is hét voorbeeld van een kind dat zelfstandig avonturen beleeft.
Zet een krul of verbeter je antwoord.
Slide 5 - Tekstslide
Zet een krul of verbeter je antwoord.
6b
maar: tegenstelling
en: opsomming
bijvoorbeeld: voorbeeld
Ook: opsomming
zoals: voorbeeld
daarom: reden
Slide 6 - Tekstslide
Zet een krul of verbeter je antwoord.
Slide 7 - Tekstslide
Pak je oefenboek/stencils erbij
Slide 8 - Tekstslide
Vraag 8.
Welke alinea's horen bij de inleiding, de kern en het slot?
timer
2:00
De twee belangrijkste functies van een inleiding?
1. het aankondigen van het onderwerp
2. het trekken van de aandacht van de lezer
Wat vind je terug in de kern?
Achtergrondinformatie, voorbeelden, voor- en tegenargumenten. Elk in een nieuwe alinea.
Welke drie functies kan het slot van een tekst hebben?
samenvatting, conclusie of uitsmijter
Slide 9 - Tekstslide
Vraag 8.
Welke alinea's horen bij de inleiding, de kern en het slot?
De twee belangrijkste functies van een inleiding?
1. het aankondigen van het onderwerp
2. het trekken van de aandacht van de lezer
Wat vind je terug in de kern?
Achtergrondinformatie, voorbeelden, voor- en tegenargumenten. Elk in een nieuwe alinea.
Welke drie functies kan het slot van een tekst hebben?
samenvatting, conclusie of uitsmijter
Antwoorden:
Inleiding:
alinea 1
Kern:
alinea 2-5
Slot:
alinea 6
Slide 10 - Tekstslide
timer
15:00
Aan de slag
Maak opdracht 9 t/m 13 (pg 17).
Samenwerken mag, maar ieder schrijft de antwoorden in zijn/haar schrift.
Klaar? Maak/Ga verder met opdracht 14.
Slide 11 - Tekstslide
Antwoorden bespreken
Slide 12 - Tekstslide
omdat – reden
Om … te – doel-middel
Zo – voorbeeld
Doordat – oorzaak-gevolg
nu – tijd
ook – opsomming
Slide 13 - Tekstslide
vraag 10
10a uit de gratie raken
niet meer gewaardeerd worden
10b in de geest van
zoals iemand het zelf gedaan zou hebben
10c wenkbrauwfronsen
verbazing, verbaasde blikken
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Pak je laptop erbij.
Log in op LessonUp.
>> vraag 13 en meer beantwoorden
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Open vraag
Ik weet nu hoe ik een tekst kan opdelen in inleiding, kern en slot?
😒🙁😐🙂😃
Slide 18 - Poll
Begrippen (1c structuur en verbanden):
alinea
inleiding
middenstuk/kern
slot
signaalwoorden
(tekst)verbanden
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Wat is de correcte spelling?
A
De gelaarste kat
B
De gelaarsde kat
C
De gelaarsd kat
Slide 21 - Quizvraag
Wat is de correcte spelling?
A
De ontpitte kersen
B
De ontpite kersen
C
De ontpit kersen
Slide 22 - Quizvraag
Wat is de correcte spelling?
A
De gedempte gracht
B
De gedempde gracht
C
De gedempt gracht
D
De gedempd gracht
Slide 23 - Quizvraag
Wat is de correcte spelling?
A
Het ontdooide ijsje
B
Het ge-ontdooide ijsje
C
Het geontdooide ijsje
D
Het ontgedooide ijsje
Slide 24 - Quizvraag
Wat is de correcte spelling?
A
Het gebewaarde geheim
B
Het bewaarde geheim
C
Het bewaarte geheim
D
Het gebewaarte geheim
Slide 25 - Quizvraag
Wat is de correcte spelling?
A
De gedoode crimineel
B
De gedoodte crimineel
C
De gedode crimineel
Slide 26 - Quizvraag
Wat is de correcte spelling?
A
De vermoordde crimineel
B
De vermoorde crimineel
C
De vermorde crimineel
D
De vermoorte crimineel
Slide 27 - Quizvraag
Wat is de correcte spelling?
A
Ik vermoordde de crimineel
B
Ik vermoorde de crimineel
C
Ik vermorde de crimineel
D
Ik vermoorte de crimineel
Slide 28 - Quizvraag
Wat is de correcte spelling?
A
De juf is laaiend
B
De juf is laaiende
C
De juf is laaient
Slide 29 - Quizvraag
Wat is de correcte spelling?
A
De woedende vader
B
De woedente vader
Slide 30 - Quizvraag
Taalverzorgingregels zijn makkelijk
😒🙁😐🙂😃
Slide 31 - Poll
https://lessonUp.app/invite/group/mizjo
Klik op deze link en meld je aan voor de online klas op LessonUp.