Deel 1 Frontoffice Herziening beslag- en executierecht 2020

Inhoud en werkwijze e-learning
In deze e-learning kan je zelf de verschillende onderdelen volgen. 
                  = een slide voor- of achteruit.             =  terug naar het slideoverzicht

We beginnen met je voorkennis en bespreken daarna de wijzigingen. Je komt slides en afbeeldingen tegen met uitleg, een videofragment en diverse vormen van oefenvragen. Houd de volgorde aan. Sommige slides bieden extra uitdaging      of zijn extra oefening     . Die kan je vrijblijvend volgen en zo nodig overslaan. Heb je een vraag? Zet die dan in de chat van je klas zodat je klasgenoten je verder kunnen helpen.
Uiteraard volgt de docent ook de chat om te kunnen helpen als dat nodig is.

Tussendoor krijg je meerkeuze- en sleepvragen om te oefenen, zodat je kunt controleren of je het begrepen hebt. 

Veel plezier bij het volgen!




1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
Herziening beslagrecht 2020 deel 1Beroepsopleiding

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Inhoud en werkwijze e-learning
In deze e-learning kan je zelf de verschillende onderdelen volgen. 
                  = een slide voor- of achteruit.             =  terug naar het slideoverzicht

We beginnen met je voorkennis en bespreken daarna de wijzigingen. Je komt slides en afbeeldingen tegen met uitleg, een videofragment en diverse vormen van oefenvragen. Houd de volgorde aan. Sommige slides bieden extra uitdaging      of zijn extra oefening     . Die kan je vrijblijvend volgen en zo nodig overslaan. Heb je een vraag? Zet die dan in de chat van je klas zodat je klasgenoten je verder kunnen helpen.
Uiteraard volgt de docent ook de chat om te kunnen helpen als dat nodig is.

Tussendoor krijg je meerkeuze- en sleepvragen om te oefenen, zodat je kunt controleren of je het begrepen hebt. 

Veel plezier bij het volgen!




Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Je kan de wijzigingen in het beslag- en executierecht per 1 oktober 2020 en 1 januari 2021 benoemen en voorbeelden daarvan geven.


Slide 2 - Tekstslide

Deel 1: wijzigingen per 1 oktober 2020

Slide 3 - Tekstslide

Het beslag- en executierecht gebruiken wij om vonnissen, dwangbevelen en notariële akten ten uitvoer te leggen. We leggen beslagen en voeren executiehandelingen uit.  
Welke beslagen en executiehandelingen ken jij?
Je kunt meerdere antwoorden invoeren.

Slide 4 - Woordweb

Bekijk in de volgende slide de video (er is geen geluid bij) en beantwoord daarna de vraag 

Bron video: https://www.youtube.com/watch?v=3br8TbBwYu4 

Slide 5 - Tekstslide

0

Slide 6 - Video

Hoe zal een openbare verkoop er anno 2021
uit zien?
A
Zoals op de afbeelding
B
Dat zal niet meer voorkomen
C
Volledig online veiling
D
Mengvorm van online- en fysieke veiling

Slide 7 - Quizvraag

We gaan op hoofdlijnen de onderwerpen uitwerken.
Neem de leaflet hiernaast en op de volgende slide door en beantwoord daarna de oefenvragen.

Je kunt de tekst vergroten door er 2x op te klikken en dan te slepen met je muis.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Een van de doelen van de herziening is om het beslag- en executierecht efficiënter te maken.
Deze stelling is:
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Bescherming van de schuldenaar is ook een doel van de herziening. Geef het best passende antwoord.
A
Dat is juist, vooral tegen faillissementsaanvragen
B
Dat is onjuist
C
Dat is juist, zowel tegen beslag als pressiemiddel en voor een bestaansminimum
D
Dat is juist, vooral door uitbreiding van het beslagverbod

Slide 11 - Quizvraag

Maak de zin af.
De derde-beslagene moet in het nieuwe recht de verklaring derdenbeslag afleggen ......
A
2 weken nadat het beslag is gelegd
B
2 weken na de overbetekening
C
altijd 4 weken nadat het beslag is gelegd
D
als de deurwaarder daarom vraagt

Slide 12 - Quizvraag

"Beslag op roerende zaken moet leiden tot aflossing van de vordering".
Dit heeft vooral betrekking op:
(meerdere antwoorden zijn juist, kies er één)
A
Het pressieverbod
B
Afweging van de opbrengst van een verkoop tegen de beslag- en executiekosten
C
Het beslagverbod
D
De kosten voor de klant

Slide 13 - Quizvraag

Stelling 1: Op gezelschapsdieren mag geen beslag worden gelegd.
Stelling 2: Op hobbydieren mag geen beslag worden gelegd.
A
Stelling 1 en 2 zijn juist
B
Stelling 1 is onjuist Stelling 2 is juist
C
Stelling 1 is juist Stelling 2 is onjuist
D
Stelling 1 en 2 zijn onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Uitleg beslagverboden op zaken
Je ziet hiernaast voorbeelden van zaken die onder het beslagverbod vallen. Daar mag geen beslag op worden gelegd. Het beslagverbod geldt alleen voor de woning die het hoofdverblijf is volgens de BRP.

Zaken die onder het beslagverbod vallen, kunnen nog wel bovenmatig zijn. Dan is beslag wel toegestaan. Het criterium daarvoor is of de zaak hoort in een "eenvoudige huishouding". Het aantal, de waarde en omstandigheden zijn medebepalend.

Let er op dat de debiteur na het beslag nog mag aantonen dat bepaalde bovenmatige zaken voor hem of haar onmisbaar zijn. Dit mag dan vervangen worden door goedkopere.

Slide 15 - Tekstslide

Uitleg pressieverbod
Naast de beslagverboden moet de deurwaarder er voor zorgen dat een beslag op zaken niet alleen wordt gelegd om de debiteur-klant onder druk te zetten. De kosten moeten opwegen tegen de opbrengst bij een executieverkoop van die zaken. De vordering moet afnemen. 

Let op! Bij een niet-willer mag wel beslag gelegd worden op de zaken als die aantoonbaar over vermogen beschikt.

De deurwaarder hoeft niet op voorhand af te 
zien van beslag; die zal gewoon toegang tot de 
woning moeten kunnen krijgen om te kunnen beoordelen op welke zaken beslag mogelijk is. 


Slide 16 - Tekstslide

(Online) openbare verkoop
Let bij beslagen die op of na 1 oktober 2020 zijn gelegd op de verplichting om de openbare verkoop online aan te kondigen. Voor die zaken mag ook de openbare verkoop online worden gehouden. 

Als de executieverkoop online wordt gehouden, moet de debiteur daar extra op worden gewezen. Namelijk via welke website wordt verkocht en wanneer er geboden kan worden. Dat is bijvoorbeeld van toepassing op de voertuigen die we vanwege een minimale verkoopopbrengst van 
€ 2500 afslepen en (hybride) laten veilen via de BCA. 




Slide 17 - Tekstslide

Op welke zaken is beslag mogelijk? Sleep elk voorwerp naar het correcte vak.
Klik op "controleren" om te zien of je antwoorden juist zijn. 
geen beslag rz
wel beslag rz
natuurlijk persoon, standaard inboedel
Kantoor, minimale inventaris
Groothandel in bloemen,
groot kantoor
koeriersbedrijf 
met 2 busjes. 10 jaar oud, ter plaatse blijken ze gedeukt en gebutst
natuurlijk persoon, standaard inboedel er staat een vitrine met kristalachtige voorwerpen
natuurlijk persoon, schilders-
attributen  en een gewone inrichting
grote vordering, eenmanszaak, 
geeft geen informatie, meer bankrekeningen en woon + zaakadres

Slide 18 - Sleepvraag

Welke zaken zijn bovenmatig? Sleep het voorwerp naar het correcte vak.
Klik op "controleren" om te zien of je antwoorden juist zijn. 
bovenmatig
niet bovenmatig

Slide 19 - Sleepvraag

Mededelen overgang executie
Rechtsopvolging bij wet, fusie of splitsing: dan kan worden volstaan met het schriftelijk mededelen van de overgang van de bevoegdheid tot tenuitvoerlegging aan de geëxecuteerde. Betekening met een deurwaardersexploot blijft mogelijk omdat dat sterker bewijs oplevert 
(431a Rv).


Slide 20 - Tekstslide

Afronding deel 1: is per 1 oktober 2020 alles duidelijk?
Door het volgen van deel 1 heb je gewerkt aan een aantal leerdoelen: 
  • Je kan benoemen wat de wijzigingen zijn in het beslag- en executierecht per 1 oktober 2020 en kent voorbeelden daarvan. 

Is nu elke situatie duidelijk?
Niet altijd, met name bij het leggen van beslag op roerende zaken moet het in de praktijk nog uitkristalliseren. Maar we hebben nu handvatten waarmee we de keuzes die we maken bij het wel of niet leggen van beslag kunnen onderbouwen.


Slide 21 - Tekstslide

Deel 2: wijzigingen per 1 januari 2021

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Wanneer geldt het beslagvrije bedrag bij beslag op een bankrekening?
Bij natuurlijke personen die een geldvordering hebben op een bank. Het geldt per bankinstelling!

Geldvordering = chartaal, giraal of elektronisch. Dus niet op aandelen of effecten.
Bank              = een kredietinstelling volgens de Wet op het financieel toezicht.
Natuurlijk persoon, dus ook zelfstandigen zonder personeel.

Waar staat het beslagvrije bedrag?
In het beslagexploot komt een tekst te staan. Bijvoorbeeld: "...het beslag is niet geldig voor zover het getroffen saldo aan geldmiddelen niet meer bedraagt dan € [automatisch gevuld veld]".

Hoe hoog is het beslagvrije bedrag? Er zijn 4 categorieën, die zijn gekoppeld aan de informatie uit de Basisregistratie Personen. Zie de volgende 2 slides voor de categorieën en bedragen per 1 januari 2021.
Er is een automatische koppeling met de Wet vBVV. Veranderen die bedragen, dan ook deze.



 

Slide 24 - Tekstslide

Alleenstaande 
€ 1486,36 beslagvrij
 Alleenstaande ouder
€ 1623,45 beslagvrij

Slide 25 - Tekstslide

Gehuwden zonder kinderen
€ 1956,90 beslagvrij
Gehuwden met kinderen
€ 2093,48 beslagvrij

Slide 26 - Tekstslide

Wanneer mogen we bij een bank rekeninginformatie opvragen?
Als we gerechtigd zijn om beslag te leggen. Dus als we een titel (vonnis, notariële akte of dwangbevel) hebben die is betekend en de beveltermijn verstreken is.

Welke informatie krijgen we terug? 
De bank zal alleen aangeven of een debiteur daar een rekening heeft of niet. Pas als wij daarna beslag leggen, zal de bank de debiteur informeren. Anders niet.

Mogen we bij meerdere banken tegelijk informeren en beslagleggen?
Ja, dat mag in beginsel. We mogen bijvoorbeeld bij de grote banken informeren en meerdere bankbeslagen leggen. Hier zal beleid op worden gemaakt, want de maatregelen moeten wel proportioneel zijn ten opzichte van de vordering. 

Slide 27 - Tekstslide

Welke informatieverplichting heeft de debiteur?





Als we gerechtigd zijn om beslag te leggen, mogen we de debiteur-klant vragen bij welke bank zij of hij rekeningen aanhoudt. De debiteur-klant is verplicht om die informatie te verstrekken. 

Er staat geen sanctie op als die informatie niet wordt verstrekt, maar dat kan, gecombineerd met andere feiten, betekenen dat er sprake is van een niet-willer. En dat geeft ons meer beslagmogelijkheden, zoals op inboedel en voertuigen. We moeten dan na de betekening deze informatie expliciet hebben opgevraagd.

Slide 28 - Tekstslide

Gehuwden of daarmee gelijkgestelden
Wat mag je doen bij gehuwden of daarmee gelijkgestelden?

- Als de debiteur is gehuwd in (beperkte) gemeenschap van goederen, dan mag je ook beslag leggen op
  de bankrekening van de partner. Die partner is niet de schuldenaar (want hij of zij staat niet in de titel), 
  maar wordt dan geëxecuteerde genoemd en diens rekening kan in beslag worden genomen. Let wel op de
  bijzonderheden indien er een beperkte gemeenschap van goederen is bij een huwelijk op of na 1 januari 
  2018.

- Omdat we dan gerechtigd zijn om beslag te leggen op de rekening van de echtgenoot of daarmee 
  gelijkgestelde partner, mogen we per 1 januari 2021 ook bij de banken informeren of de echtgenoot of 
  daarmee gelijkgestelde partner daar een rekening aanhoudt. 

  

 

Slide 29 - Tekstslide

Extra uitdaging (deze slide is niet verplicht): weet jij nog hoe je bankbeslag legt als er sprake is van een (beperkte) gemeenschap van goederen?
Ga naar https://syncasso.mijnscienta.nl/Articles/article/15902 en lees daar de meest gestelde praktische vragen over het huwelijksgoederenrecht dat op 1 januari 2018 is ingegaan. 

Slide 30 - Tekstslide

In de BRP staat geen adres in Nederland 
Als er in de BRP staat dat er geen adres in Nederland is, dan geldt er geen beslagvrij bedrag als we bankbeslag leggen. Dus als een debiteur VOW is of een adres in het buitenland heeft. De BRP is hierbij leidend. 

In het beslagexploot wordt dan expliciet vermeld dat er geen beslagvrij bedrag geldt. De debiteur kan aan de kantonrechter vragen om toch een beslagvrij bedrag toe te passen op het bankbeslag en zal vaak eerst met die vraag naar ons komen.

Slide 31 - Tekstslide

Bij de KBvG kan een derde laten registreren dat bij hen elektronisch derdenbeslag kan worden gelegd. Het gaat dan vaak om de grote banken, uitzendorganisaties, uitvoeringsinstanties en grote werkgevers. Vanaf 1 januari 2021 moet het inkomens- of bankbeslag bij die derde dan verplicht elektronisch worden gelegd. Je vindt de instructie en de lijst van derden op Scienta:


 Deze wordt steeds up to date gehouden.

Hiernaast zie je welke instructies en lijsten er staan.

Slide 32 - Tekstslide

Overige aanpassingen die gelden voor alle derdenbeslagen
- Vanaf 1 januari 2021 kan een verklaring derdenbeslag alleen nog worden 
   teruggezonden aan de deurwaarder en niet meer aan een advocaat. 

- Er komt een aparte regeling (AMvB) waarin wordt bepaald welke kosten 
  derden mogen rekenen voor het doen van de verklaring derdenbeslag en de 
  afwikkeling. Nu komt het voor dat daar bedragen tot € 120 voor worden 
  gerekend.

Slide 33 - Tekstslide

Afronding deel 2
Door het volgen van deel 2 heb je gewerkt aan het leerdoel: 
  • Je kan benoemen wat de wijzigingen zijn in het beslag- en executierecht per 1 januari 2021 en je kan voorbeelden geven. 

Ook voor dit deel van de nieuwe regels geldt dat er nog nadere regelingen zullen volgen en dat in de praktijk afwijkende situaties kunnen voorkomen die al dan niet leiden tot jurisprudentie. Kom je iets afwijkends tegen, bespreek dat dan met je teamleider.



Slide 34 - Tekstslide

Prima! Je hebt de hele e-learning gevolgd. 

Slide 35 - Tekstslide