BS 2.4 en 2.5 3K

Blessures
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Blessures

Slide 1 - Tekstslide

BS 2.4 Blessures leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen wat een blessure is.
  2. Je kunt uitleggen welke blessures aan botten en gewrichten er zijn. 
  3. Je kunt uitleggen welke spierblessures er zijn.
  4. Je kunt uitleggen hoe blessures voorkomen kunnen worden. 

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een blessure?

Een blessure is een beschadiging aan botten, spieren en/of gewrichten.


Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen 
  1. Je kunt uitleggen wat een blessure is.
  2. Je kunt uitleggen welke blessures aan botten en gewrichten er zijn. 
  3. Je kunt uitleggen welke spierblessures er zijn.
  4. Je kunt uitleggen hoe blessures voorkomen kunnen worden. 

Slide 4 - Tekstslide


Een blessure is een beschadiging aan botten, spieren en gewrichten. 
Blessures

Voorbeelden:

Botbreuk

Ontwrichting

Verzwikking/verstuiking

Voetbalknie/banden

Spierpijn

Spierscheuring

Kneuzing

RSI/tennisarm


Slide 5 - Tekstslide

Botbreuk
Recht zetten + gips en/of een operatie

Slide 6 - Tekstslide

Een gewrichtsknobbel schiet uit de gewrichtskom.

De gewrichtsknobbel wordt weer in de kom geduwd. 
Ontwrichting

Slide 7 - Tekstslide

Verstuiking wordt ook wel verzwikking genoemd
De gewrichtsbanden en het gewrichtskapsel rekken dan te ver uit. 
Je hoeft niet naar de dokter, maar het moet goed gekoeld worden. 
Verstuiking of verzwikking

Slide 8 - Tekstslide

Voetbalknie: de noppen blijven in het veld staan en de knie draait. 

Meniscus (meestal binnenste) kan scheuren of rafelen. 
Knieblessure

Slide 9 - Tekstslide

Gescheurde banden

Als een sporter in volle vaart stopt en het lichaam draait kunnen de banden afscheuren. Meestal is dat de voorste kruisband. 
Knieblessure

Slide 10 - Tekstslide

Spierpijn

In een werkende spier ontstaan afvalstoffen. Als de afvalstoffen niet genoeg worden afgevoerd door het bloed ontstaat spierpijn. 
Spierblessures

Slide 11 - Tekstslide

Spierkramp en spierscheuring
Spierkramp:  een spier trekt zich plotseling heel sterk samen.
Een plotselinge spierscheuring = een zweepslag
Spierblessures

Slide 12 - Tekstslide

Door een botsing of val kan een kneuzing ontstaan. 

Spiercellen en bloedvaatjes zijn beschadigd, daardoor krijg je een bloeduitstorting = een blauwe plek. 
Kneuzing

Slide 13 - Tekstslide

Tennisarm/RSI
RSI ook wel muisarm genoemd

  • Ontsteking  van de aanhechtingsplaats van een spier

Oorzaak:  te vaak dezelfde
 beweging
-> goede houding en rust




Slide 14 - Tekstslide

Voorkomen van blessures
  •  warming up
  • cooling down
  • intapen
  • Beschermingsmiddelen (helm, toque, kleding, scheenbeschermers)

Slide 15 - Tekstslide

Paragraaf 2.5 Dieren bewegen

Slide 16 - Tekstslide

Paragraaf 2.5 Dieren bewegen
Leerdoelen:
Hoe bewegen dieren hun wervelkolom?
Welke drie soorten poten kunnen gewervelde dieren hebben?

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Topgangers, zoolgangers en teengangers. 

Slide 19 - Tekstslide

Zoolganger
Teenganger
Topganger

Slide 20 - Tekstslide

hoefganger
zoolganger
teenganger

Slide 21 - Sleepvraag

zoolganger
teenganger
topganger

Slide 22 - Sleepvraag

Teenganger
Zoolganger
Topganger

Slide 23 - Sleepvraag

teenganger
zoolganger
topganger

Slide 24 - Sleepvraag

Zelfstandig werk - 10 min.
Maken Boek blz 118 en 119
Antwoorden terugvinden op blz. 95, 97, 101, 103 en 106

Slide 25 - Tekstslide

De meest bekende zweepslag is een scheurtje in:
A
je armbuigspier
B
je bilspier
C
je kuitspier
D
je armtrekspier

Slide 26 - Quizvraag

Waardoor krijg je spierpijn?
A
Weinig afvalstoffen in je spier
B
overbelasting
C
spierkramp
D
Veel afvalstoffen in je spier

Slide 27 - Quizvraag

Welke blessure zie je in de afbeelding?

A
Kneuzing
B
Botbreuk
C
Ontwrichting
D
Spierscheuring

Slide 28 - Quizvraag

Beschadiging van een weefsel, zonder dat er iets breekt of scheurt
A
Verzwikking
B
Kneuzing
C
Voetbalknie

Slide 29 - Quizvraag

Deze persoon heeft haar gewrichtskapsel te ver uitgerekt. Dit noemen wij een...?
A
Kneuzing
B
Ontwrichting
C
Verstuiking/verrekking
D
Spierscheuring

Slide 30 - Quizvraag

Slide 31 - Link