Hoofddoel 1: Ik kan uitleggen welke invloed het christendom in Nederland heeft gehad. (r)
S1.1: Ik kan omschrijven hoe christelijke stromingen over Nederland zijn verdeeld, en dit ook verklaren.
S1.2: Ik kan drie kenmerken van de Nederlandse cultuur noemen met een christelijke oorsprong
S1.3: Ik kan de oorsprong van de belangrijkste christelijke feestdagen uitleggen.
Hoofddoel 2: Ik kan met behulp van bronnen aantonen dat er in Nederland sprake is van secularisatie (t)
S2.1: Ik kan door middel van onderzoek beargumenteren welke christelijke stromingen dominant zijn/waren in mijn woonplaats (t)
S2.2: ik kan bronnen analyseren en uitleggen welke invloed dit had op secularisatie in Nederland. (t)