Les 5 Onderhoudsmiddelen

Onderhoudsmiddelen
Zachte lenzen in vergelijking met vormstabiele lenzen moeten nauwkeurig verzorgd worden omdat ze een grotere kans hebben op een microbacteriële verontreiniging.
Als je de lenzen afspoelt met water  dan loopt de cornea het risico besmet te worden met acantamoeba. 
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
CLBeroepsopleiding

In deze les zitten 28 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Onderhoudsmiddelen
Zachte lenzen in vergelijking met vormstabiele lenzen moeten nauwkeurig verzorgd worden omdat ze een grotere kans hebben op een microbacteriële verontreiniging.
Als je de lenzen afspoelt met water  dan loopt de cornea het risico besmet te worden met acantamoeba. 

Slide 1 - Tekstslide

Onderhoudsmiddelen
Voorwaarden vloeistof
-    steriel
-    datum
-    geconserveerd
-    chemisch stabiel
-    compatibel
-    mag het lensmateriaal niet aantasten



Slide 2 - Tekstslide

Voorwaarden vloeistof
Moet:
  • isotoon aan het traanvocht  
  • pH –waarde hetzelfde als traanvocht
  • atoxisch
  • geen allergieën veroorzaken

Slide 3 - Tekstslide

Toniciteit
Is een belangrijke parameter in de waterhuishouding van het lichaam
Osmose= de kracht waarmee een oplossing water aanzuigt


Slide 4 - Tekstslide

Isotoon = deeltjesconcentratie moet gelijk zijn
- 0,9 % zoutoplossing is isotoon aan het traanvocht
Hyper/hypotoon
-    bij gebruik van een hypotone vloeistof – er diffundeert water vanuit het traanvocht naar de corneacellen = epitheliaal oedeem
-    bij gebruik van een hypertone vloeistof – er diffundeert water vanuit de corneacellen naar het hypertone traanvocht = de cellen krimpen

Slide 5 - Tekstslide

Als men een contactlens inzet met een hypertone vloeistof  dan wordt water onttrokken aan de cornea.

Slide 6 - Tekstslide

Afwijkingen

-    zoutoplossingen van 0,6 tot 1,5% worden verdragen
-    hypertone vloeistof beter dan hypotone
-    bij harde lenzen minder problemen
-    bij hydrofile lenzen duurt langer voordat de  lens hydrateert
- gedistilleerd water?? 

Slide 7 - Tekstslide

Zuurgraad
-    grof te meten met lakmoespapier
-    exacte meting met een electronische pH-meter
-    7,0 is neutraal

Slide 8 - Tekstslide

Traanvocht
-    traanvocht zwak basisch 7,3-7,7
-    kan tot 8,5
-    bij lensdragers zuurder – zachte lenzen 7,3
-    harde lenzen 7,1
Door het inzetten van zachte lenzen wordt de ph-waarde van de traanvocht lager.

Slide 9 - Tekstslide

Vloeistof:
-    vloeistof moet een pH- waarde tussen 6,6 en 7,8
-    optimaal 7,4

Vloeistof wordt vaak verdragen omdat:
-    er weinig vloeistof in het oog komt
-    de traansecretie stijgt waardoor de vloeistof verdunt
-    het traanvocht een neutraliserende werking heeft

Slide 10 - Tekstslide

Een afwijkende pH-waarde kan leiden tot:
-    waterig, mistig zien
-    kleverige slijmvorming
-    dunne laag aanslag op contactlenzen
-    conjunctivale vaatinjectie
-    allergische reacties,  gezwollen oogleden
-    de eerste 5 minuten   - pH< 6 branderige ogen
                                                    - 6< pH- 6,5 droog gevoel
                                                    - pH> 8 jeuk


Slide 11 - Tekstslide

Buffering
-    zorgt dat de pH-waarde (zuurgraad ) constant blijft
-    fosfaten, carbonaten en boorzuur
Elke contactlensvloeistof bevat een buffer om de zuurgraad constant te houden.

Slide 12 - Tekstslide

Onderhoud doel :
-    behouden van de oculaire fysiologische functies
-    beschermen bij oogbeschadigingen
-    voorkomen van infecties
-    behouden van optische eigenschappen
-    verhoging van de levensduur

Slide 13 - Tekstslide

Reiniging methodes

Tensides
- zijn oppervlakte- actieve stoffen die ervoor zorgen dat de binding van vreemde stoffen met het lensmateriaal losser wordt. 
- worden gebruikt voor het verwijderen van vetten.
Abrasieve techniek
-    in de hand
-    draaimechanisme
  de werkzame stof in een abrasieve reiniger zijn de  polymeerbolletjes


Slide 14 - Tekstslide

Reiniging methodes
Enzymen
-    eiwitmoleculen werkzaam op organische verbindingen
-    in tablet of poedervorm
-    een keer per week
-    om proteïne- afzettingen te verwijderen (selectieve reiniging)
 -   afspoelen heel belangrijk en/of een nacht in bewaarvloeistof


Slide 15 - Tekstslide

Reiniging methodes
Oxidatie
- chemisch reinigen, actieve zuurstof reageert met de macromoleculen  
- moleculen van vreemde stoffen worden in kleinere moleculen ontleed
- d.m.v. waterstofperoxide 10%
- is op alle organische afzettingen werkzaam    
- neutralisatie noodzakelijk

Slide 16 - Tekstslide

Reiniging methodes
Hypochloride (zuurstof en chloor)
- oxidatief middel
- tabletten oplossen in zoutoplossing
Chelatisering
- samenklonteren van moleculen
- voor anorganische afzettingen
Ultrasoon
- ultrageluid zal moleculen doen breken

Slide 17 - Tekstslide

Reiniging methodes
Een no-rub vloeistof is niet voldoende om volledig te reinigen.

Intensief reinigen ? of sneller vervangen ?

Slide 18 - Tekstslide

Steriliseren
= is het doden of inactiveren van alle micro-organismen
- door de fabrikant
- voor paslenzen verhitten tot 121˚

Slide 19 - Tekstslide

Desinfectie
= is het doden of inactiveren van de micro-organismen die schadelijk zijn voor het oog en adnexa
- moet dagelijks
- thermisch, zachte lenzen tot 95˚, eerst goed reinigen omdat proteïnevervuiling kan vastbakken
- chemisch, harde lenzen in de bewaarvloeistof
- oxidatief bij zachte lenzen met waterstofperoxide 0,6% of 3%
- hypochloride, met bruistablet
- magnetron, 2 minuten 600 Watt

Slide 20 - Tekstslide

Conservering
= de vloeistof over een langere tijd tegen microbacteriële verontreiniging te beschermen
- moet zijn: -  atoxisch
                         - fysiologisch onbedenkelijk
                         - pathogene kiemen snel en zeker onschadelijk maken
                        - niet in lensmateriaal dringen, het aantasten of beschadigen
= de werking is gebaseerd op verstoring van membraanprocessen en het metabolisme van de cel (eerst indringen in het celmembraan)


Slide 21 - Tekstslide

Conservering
De functie van de conserveringsmiddelen in de vloeistof is het stoppen van groei van schadelijke micro-organismen. 
De conserveermiddelen die in de vloeistof zitten werken als eerste op de membraan van de microben .

Slide 22 - Tekstslide

Bewaarvloeistof
- meestal gelijk desinfectie
- zachte lenzen nat bewaren
- harde lenzen langere tijd droog, korte tijd nat

Slide 23 - Tekstslide

 Inzet vloeistof
De belangrijkste functie van een inzet vloeistof is  het hydrofiel maken van het lensoppervlak.
Je beoordeel de bevochtiging van de lenzen omdat de bevochtiging een indicatie is of het vloeistof systeem bij het materiaal past. 

Slide 24 - Tekstslide

Bevochtiging
- lens plaats je vochtig op het oog
Inzetvloeistof
- hydrofiel maken van het lens oppervlak
Hygiëne

Slide 25 - Tekstslide

CE- wetgeving
- vanaf 14 juli 1998
- voor cliënten, fabrikanten en aanpassers
Belangrijk:
  • registreer exact welke lens (met lotnummer) de cliënt draagt        
  •  geef gebruiks aanwijzers mee
  • meld bijwerkingen bij de fabrikant

Slide 26 - Tekstslide

Lenshouder
- inert materiaal
- antibacteriële coating

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide