Klinisch redeneren VPK week 7

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe was je vakantie?????

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Lesopzet
  • (herhaling) Klinisch redeneren
  • VPK opdracht week 7 
  • Vooruitblik opdracht VPK week 8

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klinisch redeneren?

Slide 4 - Woordweb

Gaat over de zorgsituatie!

Er valt je iets op -->  oriëntatie
Je ordent je gedachten -->  analyse
Je neemt een beslissing --> besluiten

Deze beslissing probeer je te onderbouwen met feiten en argumenten.

Dit methodische proces van oriënteren, analyse en besluiten nemen noemen we klinisch redeneren.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht in DUO's
Ga in DUO's uiteen en zoek op:
  • Uit welke drie substappen bestaat stap 2 van klinisch redeneren?
  • Welke redeneerhulpmiddelen kun je gebruiken in stap 2 van klinisch redeneren? Noem er vier. 

timer
15:00

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugkoppeling Opdracht in DUO's
  • Uit welke drie sub-stappen bestaat stap 2 van klinisch redeneren?
  • Welke redeneerhulpmiddelen hebben jullie gevonden die je kunt gebruiken bij stap 2 van klinisch redeneren? Noem er vier. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De juiste stappen van klinisch redeneren zijn:

- Oriëntatie op de situatie
- mogelijke problemen in kaart brengen
- aanvullende observatie en onderzoeken
- verpleegkundig beleid vaststellen
- het verloop monitoren
- reflectie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het ICF-model kun je in het proces van klinisch redeneren inzetten om
A
Mogelijke problemen in kaart te brengen
B
Een risicoanalyse te maken
C
Om een sepsis vast te stellen

Slide 10 - Quizvraag

mogelijke problemen in kaart te brengen
Met het redeneerhulpmiddel MEWS:

A
Kun je controleren of een verpleegdoel goed is geformuleerd.
B
Bepaal je welke aanvullende informatie je moet verzamelen.
C
Beoordeel je de vitale functies van de zorgvrager.
D
Kun je helder en snel over de zorgvrager communiceren met de dokter of andere disciplines.

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke redeneerhulpen ken je nog meer?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Week 7

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vpk week 8: Toepassingstaak

Werk in viertallen ( 1 vijftal). Donderdag na bespreken/ presenteren

Mevrouw heeft onlangs na onderzoek de diagnose dementieel syndroom. Volgens de fases van de belevingsgerichte zorg bevindt mevrouw zich wisselend in fase 2 en 3.
  • Beschrijf fase 2 en 3 van het dementieel syndroom bij mevrouw Slikke en geef aan welke behorende fases van de belevingsgerichte zorg hierbij passen.
  • Welke mogelijkheden zien jullie voor het vervolg van de zorgsituatie van het echtpaar? Denk daarbij aan mogelijkheden binnen de huidige situatie of eventuele alternatieven. Koppel dit aan wetgeving, verpleegkundige interventies, houding en gedrag . Hoe wordt de zorg gefinancierd voor de zorg die jullie in gedachten hebben
  • Verwerk de door jullie vastgestelde CanMeds rollen in de uitwerking.
  • Onderbouw het antwoord

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen? Aan het werk
Starten met VPK week 7
Uitwerking bespreken met de docent en inleveren in Teams

Bij vragen inbellen/chatten!

Klassikale afsluiting 14 uur
Pauze 12.45- 13.15

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies