In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Agenda
Spelling samenstellingen: komt ook voorbij in NUMO doel
'Jij bent van mij' + opdracht beeldspraak
Lezen uit IJsbarbaar en/of Numo
Slide 2 - Tekstslide
Module 1 - MYP, leerjaar2
Statement of inquiry
When beauty is created with style, purpose, and structure the reflection of reality may be enhanced.
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoelen unit 1
Leren, inzien en herkennen dat er schoonheid gevonden kan worden in de realiteit doordat een schrijver een bepaalde invalshoek (doel), stijl of structuur toepast.
Slide 4 - Tekstslide
Begrippen uit deze les
Key Concept =
schoonheid
Related Concepts =
doel
structuur
stijl
Global Concept = Persoonlijke en culturele expressie
Slide 5 - Tekstslide
Leerdoelen Ned
Je leert over stijl- en structuurkenmerken in literaire fictie en hoe een schrijver de werkelijkheid manipuleert.
Je zoekt bronnen over de werkelijke gebeurtenis waarop een verhaal is gebaseerd.
Je weegt de bronnen en vergelijkt deze met een fictief werk.
Je gebruikt correcte spelling en leestekens.
Slide 6 - Tekstslide
Agenda
Spelling samenstellingen: komt ook voorbij in NUMO doel
'Jij bent van mij' + opdracht beeldspraak
Lezen uit IJsbarbaar en/of Numo
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Waarom samenstellingen belangrijk?
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Maak een samenstelling van TikTok + dansje
Slide 15 - Open vraag
Maak een samenstelling van voice + mail + bericht
Slide 16 - Open vraag
Maak een samenstelling van rund + vlees
Slide 17 - Open vraag
Maak een samenstelling van rund + gehakt
Slide 18 - Open vraag
Maak een samenstelling van lam + gehakt lam + vlees
Slide 19 - Open vraag
Maak een samenstelling van uit + wedstrijd
Slide 20 - Open vraag
Maak een samenstelling van rood + wijn + glazen
Slide 21 - Open vraag
Maak een samenstelling van rood + wijn + glazen
Slide 22 - Open vraag
Agenda
Spelling samenstellingen: komt ook voorbij in NUMO doel
'Jij bent van mij' + opdracht beeldspraak
Lezen uit IJsbarbaar en/of Numo
Slide 23 - Tekstslide
Wat doen?
1. Leren waar je op kunt letten: stijl en structuur (hele periode).
2. Oefenen met een fictie werk dat gebaseerd is op een echt verhaal
3. Onderzoeken op welke gebeurtenis dat boek is gebaseerd.
4. Reflecteren en op de relatie tussen realiteit en fictie.
Hoe heeft deze hoofdpersoon (ik-verteller) school ervaren? Waar leid je dat uit af (geef een voorbeeldzin)
Slide 29 - Open vraag
Hoe denkt deze hoofdpersoon (ik-verteller) over vrouwen? Geef een voorbeeld.
Slide 30 - Open vraag
Wat vind je van de sfeer in dit stuk? Waar komt dat door?
Slide 31 - Open vraag
Wat vind jij van dit stuk?
Veel te moeilijk, daardoor niet leuk
Moeilijk, maar een beetje leuk
Moeilijk, maar wel interessant
Prima te doen, toch niet leuk
Prima te doen, wel interessant
Makkelijk en interessant
Makkelijk, maar saai
Het is te veel tekst
Slide 32 - Poll
Zou je het hele boek willen lezen?
Nee
Ja
Misschien
Als het in een andere taal beschikbaar was wel
Afhankelijk van het aantal pagina's
Slide 33 - Poll
Genre
Boeken behoren tot een genre.
Dit is het soort verhaal.
Slide 34 - Tekstslide
Welk genre is dit boek? Fictie (realistisch of niet-realistisch) of non-fictie?
Slide 35 - Open vraag
fictie en non-fictie
fictie:
verzonnen gebeurtenissen, personages in boeken of films
doel: lezer vermaken, ontroeren, aan het denken zetten
een verhaal...soms wel echt gebeurd, maar mooier gemaakt
non-fictie:
teksten die niet zijn verzonnen, zoals teksten uit kranten, tijdschriften
doel: lezer informeren of iets leren
Slide 36 - Tekstslide
Agenda
Spelling samenstellingen: komt ook voorbij in NUMO doel
'Jij bent van mij' + opdracht beeldspraak
Lezen uit IJsbarbaar en/of Numo
Slide 37 - Tekstslide
IJsbarbaar
Rob Ruggenberg
Op een dag in 1624 wordt de dertienjarige Nunôk ontvoerd uit Groenland door plunderende zeelui. Na een ruwe tocht belandt de jongen in Holland. Nunôk is nieuwsgierig naar deze nieuwe wereld, maar dat verandert al snel als hij verkocht wordt aan een kermisbaas en moet optreden als ijsbarbaar. Nunôk ontsnapt en wil nog maar één ding: terug naar Groenland. Maar hoe komt hij weer thuis?
Nunôks zenuwslopende vlucht door het Nederland van de zeventiende eeuw, en zijn ontberingen bij de walvisvaarders zul je niet gauw vergeten.
timer
10:00
Slide 38 - Tekstslide
Vragen bij IJsbarbaar
Weten we of alles in dit boek gebeurd is?
Wat weten we wel/niet?
Wat heeft de schrijver ermee gedaan, erbij bedacht?
Zie je beeldspraak? Zo ja, geef een voorbeeld (blz.). Wat wil de schrijver hiermee?
Slide 39 - Tekstslide
Fictie
Zijn verzonnen gebeurtenissen, personages in boeken of films
Doel: lezer vermaken, ontroeren, aan het denken zetten
Zo herken je fictie:
het is een verhaal, gedicht, lied etc. Misschien echt gebeurd, misschien niet, maar mooier gemaakt.
Slide 40 - Tekstslide
Non-fictie
Non-fictie is gebaseerd op feiten.
Het doel van non-fictie is informeren.
Zo herken je non-fictie:
Het gaat niet om de beleving. Het gaat om de informatie/feiten.
Slide 41 - Tekstslide
Slide 42 - Video
Waarom gebruiken schrijvers beeldspraak?
Slide 43 - Woordweb
Volgende les met
Mevrouw Lingbeek
Slide 44 - Tekstslide
Pak fragment
Lezen pagina 15 t/m 18 samen lezen
Wat is beeldspraak in dit stuk? Schrijf op in je schrift.
Wat denk je dat de schrijver ermee bedoelt? (letterlijk/niet letterlijk)
Wat vind je van deze beeldspraak? (herkenbaar/niet herkenbaar? Mooi/niet mooi? Raar/niet raar?)