Theorie Hoofdstuk 1 Woordenschat: Woordbetekenissen vinden (1)
Als je in een tekst een onbekend woord tegenkomt, kijk dan eerst of je de betekenis uit de tekst kunt halen. Je hebt hiervoor de volgende manieren geleerd:
1
Zoek in de tekst naar een synoniem: een woord dat ongeveer hetzelfde betekent.
2 Zoek in de tekst naar de betekenis van het onbekende woord.
3 Zoek in de tekst naar een voorbeeld. Let op woorden als: bijvoorbeeld, zoals.
4 Zoek in de tekst naar een tegenstelling. Bijvoorbeeld: We hebben gezamenlijk gekookt, maar het toetje heb ik alleen gemaakt.
5 Zoek in het woord dat je niet kent een bekend woorddeel.
Bijvoorbeeld: on- (niet), her- (opnieuw), -loos (zonder).
Als je de betekenis niet uit de tekst kunt halen, zoek het woord dan op in een woordenboek. Kies de betekenis die in de tekst past.