Astma

ASTMA
1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

ASTMA

Slide 1 - Tekstslide

Wat is de vakterm voor kortademigheid?

Slide 2 - Open vraag

Welke aandoeningen kunnen kortademigheid veroorzaken?

Slide 3 - Woordweb

Hoeveel ademhalingen zijn er per minuut bij een bradypneu?
A
0
B
<12
C
12-20
D
>20

Slide 4 - Quizvraag

Aan welke aandoeningen moet je denken bij verminderd ademgeruis?

Slide 5 - Woordweb

Crepitaties zijn?
A
piepende ademhaling
B
poppende geluiden
C
reutelende geluiden

Slide 6 - Quizvraag

Een thoraxfoto kan informatie geven over ?(meerdere antwoorden mogelijk)
A
grootte van het hart
B
vocht achter de longen
C
zuurstofgehalte
D
longontsteking

Slide 7 - Quizvraag

Juist of onjuist?
Astma is een chronische ziekte
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Vanaf welke leeftijd is astma vast te stellen?
A
5-6 jaar
B
12 jaar
C
18 jaar

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Astma = 
- ziekte van de luchtwegen
- luchtwegen zijn geïrriteerd en ontstoken
- luchtwegen zijn verhoogd prikkelbaar 
- spieren in de luchtwegen reageren op prikkels waardoor ze zich samentrekken, luchtweg vernauwd, verminderde luchtstroom

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Opdracht
Ga nu de vragen maken over Astma
( 30 minuten)
maak gebruik van je boek en leerplein/internet
Zoek een maatje en vergelijk je antwoorden
Wat zijn je leervragen over Astma?
Volgende week deel 2


Slide 13 - Tekstslide

ASTMA: Deel 2

Slide 14 - Tekstslide

grote, lagere luchtwegen
bronchiolen
exacerbatie 
status astmaticus
bronchiën
allerkleinste luchtwegen
astmaverergering
astmaverergering die niet op behandeling reageert

Slide 15 - Sleepvraag

3 processen betrokken bij astmaverergering: 

Ontsteking kleinste luchtwegen

samentrekken spieren rondom luchtwegen

ontstaan van slijmprop
Risicofactoren ernstige astma-aanval

- therapie-ontrouw
- lopende behandeling steroïden
- frequent gebruik beta-2-mimetica
- matig respons op gegeven medicatie
- niet-stabiele longfunctie
- lange duur voorafgaande klachten
- 's nachts wakker worden met benauwdheidsklachten
- eerdere opname voor astma
- eerdere intraveneuze medicatie voor astma
- behandeling op IC voor astma


Slide 16 - Tekstslide

Veroorzaakt roken astma en COPD?
A
Alleen Astma
B
Alleen COPD
C
Beide
D
Geen van Beide

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Soorten astma
 1. Allergisch astma: stuifmeel, huisstofmijt, huidschilfers van huisdieren
2. Niet-allergisch astma: uitlaatgassen, rook, parfum, kou/mist/vocht
3. Inspanningsastma: bij inspanning
4. Ernstige astma
Astma is onvoorspelbaar, vaak meerdere vormen tegelijk.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

In de les van vandaag:
1. Lesdoelen
2. Herhaling vorige les 
3. Diagnostiek 
4. Aanvallen
5. Behandeling
6. Terugkijken 

Slide 23 - Tekstslide

Lesdoelen
1. Je kunt benoemen waaruit de diagnostiek bestaat bij astma.
2. Je kunt benoemen wat de verschillen zijn tussen een ernstige en levensbedreigende astma-aanval.
3. Je kunt de algemene maatregelen bij acuut en ernstig astma benoemen.

Slide 24 - Tekstslide

Je collega, Patricia heeft je verteld dat ze astma heeft. Het is voorjaar. Jij hebt avonddienst met Patricia en ze vertelt dat ze op de fiets naar haar werk gekomen. Je ziet dat ze dikke ogen heeft en moet hoesten en niezen. Wat voor soort astma heeft Patricia denk je?
A
Inspanningsastma
B
Allergisch of atopisch astma
C
Niet- allergisch of intrinsiek astma
D
Beroepsastma

Slide 25 - Quizvraag

Als je astma hebt, heb je een
A
Normale levensverwachting
B
Verkorte levensverwachting

Slide 26 - Quizvraag

Bij astma:
A
zijn de longen af en toe ontstoken waardoor een astma-aanval op treedt
B
is er sprake van vernauwing van de longen door een allergie
C
zijn de bronchiën altijd ontstoken en reageren daardoor sterker op prikkels, waardoor een astma-aanval kan optreden
D
zijn de bronchiën ontstoken, maar je kunt er wel van genezen

Slide 27 - Quizvraag

Wat is geen verschil tussen astma en COPD?
A
Astma heb je vanaf je geboorte en COPD krijg je later
B
Astma komt in aanvallen en COPD heb je altijd
C
Astma komt door roken en COPD komt door pollen
D
Astma is redelijk te behandelen, COPD niet

Slide 28 - Quizvraag

Wat zijn symptomen van astma?
A
zweten en piepen
B
kortademigheid en hoofdpijn
C
droge hoest en tranende ogen
D
droge hoest, pijn of druk op de borst

Slide 29 - Quizvraag

Wat verergerd de klachten van astma?
A
snelle wisseling van temperatuur
B
stress

Slide 30 - Quizvraag

Slide 31 - Video

Opdracht
Lees nu blz 162, 163, 164, 165 in je boek over de diagnostiek en behandeling van astma.


Slide 32 - Tekstslide

Aandachtspunten in je anamnese:
- verloop eerdere aanvallen
- uitgeprobeerde medicatie +reactie daarop
A
juist
B
onjuist

Slide 33 - Quizvraag

Aandachtspunten bij lichamelijk onderzoek:
 intrekkingen borstkas
- piepende verlengde ademhaling
- hartfrequentie
- aantal ademhalingen per minuut
- .......?
- ......?
- ......?
-........?

Slide 34 - Tekstslide

Criteria ernstige astma-exacerbatie

- kortademigheid in rust, niet plat kunnen liggen of uitspreken hele zin
- gebruik hulpademhalingsspieren
- hartslag > 120/min
- saturatie < 94%
- ademhalingsfrequentie > 30/ min

Slide 35 - Tekstslide

Wat staat er in je DD bij astmaverergering?

Slide 36 - Woordweb

Ernstige astma

1. eten/spreken lukt niet
2. intrekkingen
3. gebruik ademhalingsspieren
4. ademfrequentie = ?
5. polsfrequentie = ?
Levensbedreigend astma

1. verminderd bewustzijn, opwinding
2. uitputting
3. verminderde ademarbeid
4. % ? in het bloed
5. ?

Slide 37 - Tekstslide

Behandeling
1. Longfunctietest/ provocatietest
2. Medicijnen: luchtwegverwijders, ontstekingremmers
3. Alternatieve behandeling 


Slide 38 - Tekstslide

Stappenplan behandeling
NHG-richtlijn Astma

https://richtlijnen.nhg.org/standaarden/astma-bij-volwassenen

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Video

Algemene maatregelen bij acuut en ernstig astma
- vermijd paniek en stress en stel zorgvrager gerust
- vermijd uitlokkende factoren zoals .....?
- houd hoeveelheid zuurstof in bloed in de gaten
- herhalen lichamelijk onderzoek, controle therapie 15 tot 30 minuten na toediening

Slide 41 - Tekstslide

Medicamenteuze behandeling bij alarmsymptomen:
1. Zuurstof, streven naar saturatie >94%, start met 10-15 liter/min

2. salbutamol 2,5-5,0mg via verneveling

Indien geen alarmsymptomen:
geen zuurstof, wel salbutamol 100 microgram per keer, 5x inademen, 4-10x herhalen

Slide 42 - Tekstslide

Is een inhalator hetzelfde als een vernevelaar?
A
ja
B
nee

Slide 43 - Quizvraag

Wat denk jij na het zien van beide videofragmenten?

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Link

Slide 46 - Link

Terugblik:
Wat is het belangrijkste wat jij over astma hebt geleerd?

Slide 47 - Woordweb

Geef deze lesson up een cijfer.
Tips/tops?

Slide 48 - Woordweb

Slide 49 - Link

Slide 50 - Link