Schooltaalwoorden - 8

Woordenschat en Schrijven
In deze LessonUp ga je leren schrijven met een aantal woorden en één uitdrukking.

noteren:             opschrijven
constateren:    vaststellen
elders:                ergens anders, op een andere plaats
m.b.t.:                 met betrekking tot
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Woordenschat en Schrijven
In deze LessonUp ga je leren schrijven met een aantal woorden en één uitdrukking.

noteren:             opschrijven
constateren:    vaststellen
elders:                ergens anders, op een andere plaats
m.b.t.:                 met betrekking tot

Slide 1 - Tekstslide

Weet je het nog?

Slide 2 - Tekstslide

noteren
A
opschrijven
B
noten lezen
C
voeren
D
bevatten

Slide 3 - Quizvraag

constateren
A
herkennen
B
conclusie trekken
C
contact opnemen
D
vaststellen

Slide 4 - Quizvraag

elders
A
ouders
B
wereldwijd
C
ergens anders
D
rustiger

Slide 5 - Quizvraag

m.b.t.
A
met behoud tot
B
met betrekking tot
C
met bewerking tot
D
met bezinning tot

Slide 6 - Quizvraag

met betrekking tot
A
betekenis hebbend voor
B
afhangend van
C
te maken hebbend met
D
bemiddelend voor

Slide 7 - Quizvraag

Maak een goede zin met het woord 'constateren'. Probeer de betekenis duidelijk te maken.

Slide 8 - Open vraag

Maak een zin waarin je de afkorting 'm.b.t.' correct gebruikt.

Slide 9 - Open vraag

Maak een goede zin met de woorden 'noteren' en 'elders'.

Slide 10 - Open vraag

Tot de volgende keer!

Slide 11 - Tekstslide