4.2-2 Vorming geslachtscellen 4V 2223

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
                         4.2 Vorming geslachtscellen
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
                         4.2 Vorming geslachtscellen

Slide 1 - Tekstslide

Doel 4.2
Je leert hoe geslachtscellen ontstaan, inclusief verschillen tussen mannen en vrouwen

Slide 2 - Tekstslide

Meïose I

Slide 3 - Tekstslide

Meïose II (~mitose)

Slide 4 - Tekstslide

Wat maakt ieder mens uniek?
Tijdens de meïose kunnen 223 verschillende combinaties van chromosomen worden gemaakt.
Ook nog crossing-over.

Slide 5 - Tekstslide

Verschil vrouw/ man

Slide 6 - Tekstslide

BINAS 86D

Slide 7 - Tekstslide

Oögenese (vorming eicellen)
Eicellen zijn omgeven door follikelcellen uit het ovarium (de eierstok), het geheel heet een follikel.
Meerdere rijpingen, één (heel soms twee) eisprongen.

Slide 8 - Tekstslide

Oögenese
Uit 1 voorlopercel ontstaan 1 eicel en 3 pollichaampjes.
Poollichaampjes hebben alleen chromosomen en sterven.

Slide 9 - Tekstslide

Spermatogenese
Begint vanaf de puberteit.
Zaadcellen worden gevormd in de 
zaadbuisjes van de testes (zaadballen). 
Vorming van 1 zaadcel duurt ongeveer 2 maanden.
Ze worden opgeslagen in de bijballen.
Bij zaadlozing ongeveer 3 mL vrij-> 350 miljoen zaadcellen
= 10 % van het sperma.



Slide 10 - Tekstslide

Zaadballen
Zaadcellen worden gevormd in
de testes, in de zaadbuisjes.
Deze zijn sterk gekronkeld.
Tussen de zaadbuisjes zitten
de cellen van Leydig, die produ-
ceren testosteron.

Slide 11 - Tekstslide

Zaadballen
Van buiten naar binnen vormen
de zaadcellen zich. 
Helemaal aan de binnenkant
zitten de voltooide zaadcellen,
die gaan richting de bijballen
mbv trilharen.

Slide 12 - Tekstslide

Doel 4.2
Je hebt de bouw van de vrouwelijke en mannelijke voortplantingsorganen geleerd
Je hebt geleerd hoe geslachtscellen ontstaan



Slide 13 - Tekstslide

Doel 4.2
BINAS 70B Karyogram
BINAS 76A Celcyclus
BINAS 76B2 Meiose
BINAS 86A Geslachtsorganen man
BINAS 86B Geslachtsorganen vrouw
BINAS 86D Oögenese en spermatogenese

Slide 14 - Tekstslide

Begrippen 4.2
homologe chromosomen, reductiedeling, meiose I, meiose II, crossing-over, recombinatie, halpoïde, diploïde, gameten, öogonia, primaire en secundaire oöcyt, follikel, poollichaampje, spermatogonia, primaire en secundaire spermatocyt, spermatiden, trilhanen, zaadblaasjes, prostaatvocht, interstitiële cellen, cellen van Leydig, testosteron

Slide 15 - Tekstslide

Huiswerk
In de online methode/ boek
Kies een leerweg (default B).
Maak 4.2: 3 t/m 9

Slide 16 - Tekstslide