Soorten werkwoorden: Zelfstandig werkwoord en hulpwerkwoord
Zelfstandig werkwoord (zww): het
belangrijkste werkwoord in de zin.
Als een zin maar één werkwoord heeft, dan is dat het zelfstandig werkwoord.
Heeft een zin meerdere werkwoord, kijk dan waar de zin om draait: gaat het om het ene werkwoord of toch het andere werkwoord?
Hulpwerkwoord: Komen alléén voor in zinnen met meerdere werkwoorden. Ze helpen om het gezegde te maken.
Hulpwerkwoorden zijn vormen van: kunnen, zullen, hebben, zijn, worden en mogen.
Voorbeeld: Ik zou een cadeau hebben gekocht. Rood = hww, Groen= zww