Mevrouw Jansen, 72 jaar oud, wordt opgenomen op de afdeling met klachten van duizeligheid en hoofdpijn. Ze vertelt de verpleegkundige dat ze zich al een paar dagen “niet lekker” voelt en dat ze ook last heeft van misselijkheid. Bij onderzoek is haar bloeddruk 160/95 mmHg en haar pols is 90 slagen per minuut. De verpleegkundige ziet dat mevrouw Jansen bleek ziet en dat ze moeite heeft met in bed zitten.