Je kunt uitleggen hoe genetische informatie op het DNA in een cel gebruikt kan worden om eiwitten te vormen. Uit je uitleg is duidelijk waar de verschillende processen plaatsvinden en welke celorganellen daarbij betrokken zijn (Genexpressie en eiwitsynthese)
Je kunt uitleggen hoe in de celkern pre-mRNA bewerkt wordt tot bruikbaar mRNA en wat het nut is van deze bewerkingen. 5’-cap, poly-A staart en splicing
Je kunt in detail uitleggen hoe bij een ribosoom de code op het mRNA gebruikt wordt om verschillende aminozuren op de juiste volgorde aan elkaar te koppelen.
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6
In deze les zitten 16 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Doelen
Je kunt uitleggen hoe genetische informatie op het DNA in een cel gebruikt kan worden om eiwitten te vormen. Uit je uitleg is duidelijk waar de verschillende processen plaatsvinden en welke celorganellen daarbij betrokken zijn (Genexpressie en eiwitsynthese)
Je kunt uitleggen hoe in de celkern pre-mRNA bewerkt wordt tot bruikbaar mRNA en wat het nut is van deze bewerkingen. 5’-cap, poly-A staart en splicing
Je kunt in detail uitleggen hoe bij een ribosoom de code op het mRNA gebruikt wordt om verschillende aminozuren op de juiste volgorde aan elkaar te koppelen.
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Transcriptie/Splicing/ Translatie
Scan 8.2 muv epigenetica
Noteer:
belangrijke begrippen
wat volgens jou de leerdoelen/vragen zijn
timer
2:00
Slide 3 - Tekstslide
Aandachtig lezen
kleur dingen die je al weet groen / zet een sterretje bij dingen die je nog niet weet/kunt
Vind antwoord op de vragen/leerdoenen
timer
12:00
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Bouw mRNA
5' cap
Poly-A staart
Splicing
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Leg uit wat de verschillen zijn tussen m-, t- én r-RNA