AC filosofische antropologie les 3

Filosofische antropologie 
Les 3 
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
FilosofieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Filosofische antropologie 
Les 3 

Slide 1 - Tekstslide

Filosofische antropologie = wat is de mens? 
Verschillende filosofen hebben hierover nagedacht. In de komende lessen gaan we bekijken en reageren op deze verschillende mensbeelden. 

Slide 2 - Tekstslide

Vraag 1: Welk mensbeeld komt het dichtst bij jouw mensbeeld in de buurt?
A
De mens is een denkend dier
B
De mens is een slecht uitgewerkt dier
C
De mens bestaat uit een lichaam, een ziel en een geest. De mens is een liefhebbend wezen.
D
De mens heeft geen oorsprong en geen doel, hij moet zichzelf vormen en is volledig verantwoordelijk voor zichzelf.

Slide 3 - Quizvraag

Vraag 2: Noteer vijf dingen die je hebt onthouden van Aristoteles.

Slide 4 - Open vraag

Mensbeeld van Aristoteles 
Aristoteles ontwikkelde een filosofie, waarbij hij de mens als natuurlijk verschijnsel zag. Volgens Aristoteles gebeurt niets in de natuur zonder reden; alles heeft een telos oftewel een doel. De vorm van je tanden heeft als doel om voedsel af te bijten, de vorm van je handen heeft als doel om te grijpen. Het hart heeft als doel om bloed rond te pompen, en longen hebben als doel om zuurstof op te nemen.  Het doel van de mens in zijn geheel is het beste uit zichzelf te halen. 

Slide 5 - Tekstslide

Vraag 3: Hebben emoties ook een doel? Leg je antwoord duidelijk uit.

Slide 6 - Open vraag

Vraag 4: Ben je het eens met Aristoteles dat alles in de natuur, mensen, dieren, planten, een doel hebben? Leg je antwoord duidelijk uit.

Slide 7 - Open vraag

Het doel van alle wezens in het universum is volgens Aristoteles om naar de eigen aard te functioneren. Het is de aard van een vogel om o.a. te vliegen en eieren te leggen, van een spin om o.a. webben te weven en zo aan voedsel te komen, van mieren om een kolonie te vormen en verschillende vormen van arbeidsdeling toe te passen (werksters, soldaten, koningin), een nest te bouwen. 

Slide 8 - Tekstslide

Vraag 6: Wanneer functioneert een mens, volgens jou, naar zijn natuurlijke aard?

Slide 9 - Open vraag

Mensbeeld en de Bijbel 

Slide 10 - Tekstslide

Vraag 5: Wat betekent het wanneer er in de Bijbel staat: God heeft de mens naar Zijn gelijkenis geschapen?

Slide 11 - Open vraag