Les 3 - H1 Lezen: Herhaling (tekstdoel/soort, leesmanieren, tekstopbouw)

Welkom ATL3D!
  • We zorgen voor een veilige leeromgeving
  • We laten elkaar uitpraten
  • We laten elkaar en elkaars spullen met rust
  • We letten op ons taalgebruik
  • Spullen compleet
Jas uit
Tas van tafel
Telefoon in tas 
Voordat de timer afgaat...:
- Log in op Lesson Up
- Laptop, boek + schrift op tafel
timer
5:00
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom ATL3D!
  • We zorgen voor een veilige leeromgeving
  • We laten elkaar uitpraten
  • We laten elkaar en elkaars spullen met rust
  • We letten op ons taalgebruik
  • Spullen compleet
Jas uit
Tas van tafel
Telefoon in tas 
Voordat de timer afgaat...:
- Log in op Lesson Up
- Laptop, boek + schrift op tafel
timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

Lesindeling
- Voorkennis ophalen 
- Instructie lezen hoofdstuk 1
- Zelfstandig werken / verlengde instructie
- Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Aan het einde van de les...
... kun je uitleggen welke tekstdoelen en tekstsoorten er zijn
... kun je uitleggen hoe een tekst is opgebouwd 
... kun je uitleggen welke leesmanieren er zijn

Slide 3 - Tekstslide

Welke tekstdoelen en leesmanieren ken jij?

Slide 4 - Woordweb

Slide 5 - Video

Tekstdoel
De schrijver wil...
Tekstsoort
Informeren
informatie geven
nieuwsbericht
schoolboek
Uitleggen
iets uitleggen 
handleiding
recept
Mening geven
dat je een eigen mening vormt 
artikel in krant
tijdschrift

Overtuigen
je overtuigen van zijn/haar mening
recensie
blog

Amuseren
de lezer laten ontspannen
leesboek
gedicht
Activeren
de lezer overhalen of aansporen iets te doen
advertentie 
folder
poster

Slide 6 - Tekstslide


Tekstdoel?
A
Informeren
B
Overhalen
C
Amuseren

Slide 7 - Quizvraag

Er zijn veel verschillende tekstdoelen, geef aan wat vaak het tekstdoel is van stripverhaal
A
informeren
B
amuseren
C
instrueren
D
activeren

Slide 8 - Quizvraag

Er zijn veel verschillende tekstdoelen, geef aan wat vaak het tekstdoel is van een recept
A
informeren
B
amuseren
C
instrueren
D
activeren

Slide 9 - Quizvraag

Tekstdoel?
A
informeren
B
amuseren
C
overtuigen

Slide 10 - Quizvraag

Tekstdoelen

Een nieuwsbericht heeft als tekstdoel:
A
informeren
B
overtuigen
C
activeren
D
amuseren

Slide 11 - Quizvraag

Wat is een tekstdoel
A
een bepaald soort tekst
B
Wat de schrijver met de tekst wil bereiken

Slide 12 - Quizvraag


Wat is het tekstdoel?
A
Overtuigen
B
Amuseren
C
Uitleggen / instrueren
D
Activeren

Slide 13 - Quizvraag

Wat is GEEN tekstdoel?
A
informeren
B
amuseren
C
activeren
D
verkennen

Slide 14 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel?
A
informeren
B
amuseren
C
overtuigen
D
activeren

Slide 15 - Quizvraag

Leesmanieren
Leesstrategie

Slide 16 - Woordweb

Leesmanieren
= manieren waarop je een tekst kunt lezen. Bewust inzetten!


Leesmanier
Betekenis
Voorbeeld vraag
Oriënterend 
Tekst bekijken zonder te lezen (foto's, titel, inleiding lezen, onderwerp raden)
- Wat is het onderwerp van tekst 1?
Grondig
Hele tekst lezen en vragen stellen over de tekst 
- Wat is de mening van de schrijver en ben jij het daar mee eens? 
Zoekend
Bepaalde informatie uit de tekst zoeken
- Welke argumenten worden er benoemd in alinea 3?

Slide 17 - Tekstslide

Welke leesmanier gebruik je bij de volgende vraag:

Wanneer is de finale van de Olympische Winterspelen?
A
zoekend lezen
B
grondig lezen
C
verkennend lezen

Slide 18 - Quizvraag

WELKE LEESMANIER GEBRUIK JE ALS JE BEGINT AAN DE TOETS LEESVAARDIGHEID
A
ORIËNTEREND LEZEN
B
ZOEKEND LEZEN
C
GRONDIG LEZEN
D
STUDEREND LEZEN

Slide 19 - Quizvraag

Welke leesmanier gebruik je bij het vinden van het onderwerp van een tekst?
A
Oriënterend lezen
B
Globaal lezen
C
Grondig lezen
D
Zoekend lezen

Slide 20 - Quizvraag

Je wilt de tekst helemaal begrijpen. Welke leesmanier gebruik je?
A
Oriënterend lezen
B
Globaal lezen
C
Grondig lezen
D
Kritisch lezen

Slide 21 - Quizvraag

Tekstopbouw

Slide 22 - Woordweb

Slide 23 - Video

Tekstopbouw: inleiding (1/3)
Inleiding
- 1/2 Alinea's 
- Introduceert het onderwerp 

Wat is het onderwerp? 
Wist je dat het dragen van een helm op je scooter super belangrijk is? Het beschermt niet alleen jou, maar ook anderen op de weg. In deze tekst gaan we kijken waarom een helm dragen een must is. We bespreken de regels, waarom het slim is, en hoe je de juiste helm kiest. Kortom, waarom die helm meer is dan zomaar een ding op je hoofd; het kan levens redden!

Slide 24 - Tekstslide

Tekstopbouw: kern (2/3)
Kern 
- Meerdere alinea's (middenstuk van de tekst)
- Deelonderwerpen (tussenkopjes) 

Waarom een helm op de scooter?
Waarom zou je eigenlijk een helm dragen als je op je scooter rijdt? Nou, ten eerste is het verplicht volgens de wet. Maar belangrijker nog, het beschermt je hoofd in geval van een ongeluk. Stel je voor dat je valt - een helm kan ernstig hoofdletsel voorkomen. Het is als een beschermende superkracht voor je hoofd!

Hoe kies je de juiste helm?
Oké, dus je begrijpt dat een helm belangrijk is, maar hoe kies je er een? Ga voor een helm die goed past en stevig op je hoofd zit. Check ook of hij het ECE-keurmerk heeft, dat betekent dat de helm aan strenge veiligheidsnormen voldoet. En wees niet bang om er cool uit te zien met je helm - er zijn veel coole ontwerpen om uit te kiezen! Dus onthoud: een goede, passende helm is jouw ticket voor een veilige en stoere rit op je scooter.

Slide 25 - Tekstslide

Tekstopbouw: slot (3/3)
Slot 
- Laatste alinea
- Samenvatten, adviseren, toekomst voorspellen etc...

Dus, beste jongeren, onthoud dat een helm op je scooter meer is dan alleen een regel - het is jouw slimme keuze voor veiligheid en stijl op de weg. Dus zet die helm op, rijd veilig en laat zien hoe cool verantwoordelijkheid kan zijn!

Slide 26 - Tekstslide

Een goede tekstopbouw heeft:
A
een inleiding en een slot
B
een titel
C
inleiding, middenstuk en slot
D
deelonderwerpen

Slide 27 - Quizvraag

In de kern van een zakelijke brief staat:
A
Jezelf voorstellen, waarom je de brief schrijft
B
Kort maar krachtig alle informatie
C
Het onderwerp van de brief
D
De slotformule

Slide 28 - Quizvraag


Lees de inleiding
nauwkeurig.

Wat is de functie van de inleiding?
A
enkel aandacht trekken
B
het onderwerp noemen
C
centrale vraag stellen
D
samenvatting geven

Slide 29 - Quizvraag

Lees het slot. Wat is de functie van het slot?

A
een advies geven
B
een conclusie geven
C
een samenvatting geven

Slide 30 - Quizvraag

Zelfstandig werken / verlengde instructie
Wat
Blz. 38-41
Opdracht 1 t/m 4
Hoe
Boek + schrift
Hulp
Klasgenoot of verlengde instructie 
Tijd 
25 minuten
Klaar?
Nakijken

Slide 31 - Tekstslide

Tot morgen!
Neem mee: opgeladen laptop, boek en schrift

Slide 32 - Tekstslide