taal, thema 2, les 7
1 / 13
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
4. Job laat ze lekker mekkeren.
Wat is de persoonsvorm?
Wat is de persoonsvorm?
Slide 2 - Open vraag
Job laat ze lekker mekkeren.
Wat is het onderwerp?
Wat is het onderwerp?
Slide 3 - Open vraag
Job laat ze lekker mekkeren.
Staat de zin in het ev of in het mv?
Staat de zin in het ev of in het mv?
Slide 4 - Open vraag
Job laat ze lekker mekkeren.
Maak van "Job" --> "De jongens
Wat wordt nu de persoonsvorm?
Maak van "Job" --> "De jongens
Wat wordt nu de persoonsvorm?
Slide 5 - Open vraag
Thuis oefent Job op lastige danspassen.
Wat is de persoonsvorm?
Wat is de persoonsvorm?
Slide 6 - Open vraag
Thuis oefent Job op lastige danspassen.
Wat is het onderwerp?
Wat is het onderwerp?
Slide 7 - Open vraag
Thuis oefent Job op lastige danspassen.
Staat de zin in het ev of in het mv?
Staat de zin in het ev of in het mv?
Slide 8 - Open vraag
Thuis oefent Job op lastige danspassen.
Verander "Job" in "de jongens"
Wat wordt nu de persoonsvorm?
Verander "Job" in "de jongens"
Wat wordt nu de persoonsvorm?
Slide 9 - Open vraag
De meisjes trainen in de dansschool.
Wat is de persoonsvorm?
Wat is de persoonsvorm?
Slide 10 - Open vraag
De meisjes trainen in de dansschool.
Wat is het onderwerp?
Wat is het onderwerp?
Slide 11 - Open vraag
De meisjes trainen in de dansschool.
Staat de zin in het ev of in het mv?
Staat de zin in het ev of in het mv?
Slide 12 - Open vraag
De meisjes trainen in de dansschool.
Verander "De meisjes" in "Lisa".
Wat wordt de persoonsvorm?
Verander "De meisjes" in "Lisa".
Wat wordt de persoonsvorm?
