H2.6 & 2.7 - Veilig vrijen en seksualiteit

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Veilig vrijen en seksualiteit

Planning

• Uitleg
• Werkblad
• Opdrachten maken
• Les afsluiten 

Leerdoelen

Aan het einde van de les kan je:

• De werking van enkele voorbehoedsmiddelen beschrijven en aangeven of ze betrouwbaar zijn of niet;
• Ziekteverschijnselen en genezingsmogelijkheden noemen van seksueel overdraagbare aandoeningen;
• Functies van seksualiteit noemen en verschillen in opvatting, normen en waarden daarover omschrijven.

Waar vind bevruchting plaats?

Wat is de volgorde van een bevalling?

Breken van de vruchtvliezen

Indaling

Ontsluiting

Nageboorte

Uitdrijving

Welke SOA's kennen jullie?

Je kan een SOA krijgen van een vieze wc-bril

Als je je snel wast na de seks voorkom je de kans op een SOA

Je kan een SOA hebben als je maagd bent

Je voelt het altijd als je een SOA hebt

Hoeveel mensen lieten in 2021 een SOA-test doen?

SOA

SOA staat voor Seksueel Overdraagbare Aandoening

Chlamidia is de meest voorkomende SOA in Nederland

Symptomen kunnen zijn: afscheiding, jeuk, branderig gevoel bij plassen, blaasjes en zweertjes

Welke voorbehoedsmiddelen
kennen jullie?

Voorbehoedsmiddelen

Periodieke onthouding: geen seks rond de vruchtbare periode in de menstruatiecyclus

Coïtus interruptus: man komt buiten de vagina klaar

Voorbehoedsmiddelen

Spiraal

Pessarium

Er zijn verschillende anticonceptiemiddelen 

die werken met hormonen

Sterilisatie bij een man

Sterilisatie bij een vrouw

Welk voorbehoedsmiddel beschermt tegen een SOA?

1. Pesarium
2. Condoom
3. Prikpil
4. Spriaal

Als een vrouw wordt gesteriliseerd worden de eileiders onderbroken. Dit zorgt ervoor dat:

1. Er geen eisprong meer plaatsvind
2. De penis niet meer in de vagina kan
3. De zaadcellen niet bij de eicel kunnen komen
4. Een vrouw niet meer ongesteld wordt

Seksualiteit

Seksualiteit

Belangrijke woorden:

Geslacht: biologische verschillen tussen mannen en vrouwen

Gender: maatschappelijke verschillen tussen mannen en vrouwen (de rol die een man of vrouw krijgt)

Seksueel gedrag: alle gedachten, gevoelens en acties die met lust en opwinding te maken hebben

Intimiteit: je verbonden voelen met iemand

Opdrachten maken

Basisstof 2.6: 1, 4 t/m 7 en 10

Basisstof 2.7: 1 t/m 3 en 6 t/m 8

Klaar? Kijk eens op de website sense.info/nl

Evalueren van de les

Opruimen