Les 4 Dementie vlgs Anneke van der Plaats

Stel je eens voor: je kijkt om je heen en weet niet waar je bent of hoe je hier gekomen bent. De mensen om je heen zijn vreemden voor je en je begrijpt niet wat er gezegd wordt…. Wat zou dit met je doen? Waarschijnlijk ontstaat er paniek, wil je vluchten, vechten of verstar je. Het zijn de gebruikelijke menselijke reacties. En dus ook de reactie van mensen met dementie die niet begrijpen waar ze terecht zijn gekomen. Niet een keer, maar steeds terugkerend.
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
OGK les 4 DementieMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Stel je eens voor: je kijkt om je heen en weet niet waar je bent of hoe je hier gekomen bent. De mensen om je heen zijn vreemden voor je en je begrijpt niet wat er gezegd wordt…. Wat zou dit met je doen? Waarschijnlijk ontstaat er paniek, wil je vluchten, vechten of verstar je. Het zijn de gebruikelijke menselijke reacties. En dus ook de reactie van mensen met dementie die niet begrijpen waar ze terecht zijn gekomen. Niet een keer, maar steeds terugkerend.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

4

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

00:38
Welk soort brein bevind zich in het onderbrein?
A
emotioneel brein
B
rationeel brein
C
Geen idee
D
Beiden

Slide 5 - Quizvraag

In het onderbrein zit het emotioneel brein.
Hiermee reageren we vanuit de emotie. Honger, boos, na apen. 

In het bovenbrein het rationeel brein.
Hiermee overdenken we en nemen we beslissingen.
01:23
Wat zijn dynamische prikkels?
A
Lezen
B
Geluiden
C
Geuren
D
Stil staande beelden

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

01:33
Wat zijn statische prikkels?
A
Lawaai
B
Geluidloos
C
Bewegende beelden
D
Stil staande beelden

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

02:07
Wat gebeurd er met de hersenen bij dementie?
A
Het bovenbrein functioneert minder goed
B
Het onderbrein functioneert minder goed
C
Het boven en Onderbrein functioneren beiden nog goed
D
Het boven en Onderbrein functioneren beiden niet goed

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat wordt er mee bedoeld als automatisch beweegpatronen niet met goed verlopen?
A
Het verrichten van handelingen verloopt erg langzaam
B
Het verrichten van de volgorde van handelingen gaat niet goed.
C
Men herkend een nieuwe omgeving niet meer
D
Men herkend oude dingen in een nieuwe omgeving niet meer

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1.

Kijk het filmpje van 0 – 3.15 minuten.
Maak daarna onderstaande vragen
Vraag 1. Beschrijf een situatie waarin je angst hebt ervaren en jij zelf vluchtte, ging vechten of bevroor.
Vraag 2: Hoe heb jij deze situatie ervaren? 

Vraag 3: Had je iets anders willen doen? 

Vraag 4: Had je iets anders kunnen doen?  

Vraag 5: Denk je dat situaties waarin je lichaam wil vluchten, vechten of bevriezen vaak voorkomt in je werk als verpleegkundige?  

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 2
Open de onderstaande hyperlink  en lees de tekst op de website. Lees het niet helemaal, maar scrol een beetje naar beneden en begin bij het hoofdstuk ‘Over dementie en de amygdala (amandelvormige kern).  

De amandelkern scant dus voortdurend bij alles wat op ons afkomt of het gevaar vormt. Als hij gevaar signaleert komt het mechanisme vechten, vluchten of bevriezen in werking.
Vraag 1: Beschrijf drie situaties waarin je zorgvrager ging vechten, vluchten of bevriezen. 
Vraag 2: Wat was de aanleiding? 
Vraag 3: Wat was het gedrag van de zorgvrager?  
Vraag 4: Hoe had het aanslaan van de amandelkern voorkomen kunnen worden?  

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 3
Open de link en lees blz. 14 en 15 van het boek en maak onderstaande vragen. 
Vraag 1: Waarom is het goed dat we (gezonde mensen) laag 3 en 4 van ons brein niet nodig hebben bij het aan laten slaan van de amandelkern?

Vraag 2: Wat is het verschil tussen de werking van de amandelkern bij gezonde mensen en mensen met dementie?  

Vraag 3: Hoe kun je het aanslaan van de amandelkern bij een dementerende zorgvrager voorkomen?  

Vraag 4: Als de amandelkern al is aangeslagen, wat kun je dan doen om deze weer te kalmeren? 

https://academievoorzorgendnederland.nl/wp-content/uploads/2017/09/Inleiding-DE-WONDERE-WERELD-VAN-DE-DEMENTIE.pdf

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies