Week 16 Maandag 2A

Donderdag 16 april
  • Aanstaande woensdag: repetitie hoofdstuk 4
  • Nakijken/ lezen uit leesboek
  • Bespreken: repetitie hoofdstuk 3
  • Verder met leerdoelen afvinken (4.6 en 4.8)
  • Verder oefenen voor repetitie
  • Leerdoelen: zie stencil
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Donderdag 16 april
  • Aanstaande woensdag: repetitie hoofdstuk 4
  • Nakijken/ lezen uit leesboek
  • Bespreken: repetitie hoofdstuk 3
  • Verder met leerdoelen afvinken (4.6 en 4.8)
  • Verder oefenen voor repetitie
  • Leerdoelen: zie stencil

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel 4.6 Schrijven
- Ik kan uitleggen wat een activerende tekst is.

- Ik kan schrijftips geven voor een activerende tekst.  

- Ik kan uitleggen wat een slagzin is.  

- Ik kan verschillende manieren voor het schrijven van een

   slagzin benoemen.  

- Ik kan voorbeelden van activerend taalgebruik herkennen en

   benoemen.  

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen 4.8 Taalonderzoek
  • Ik kan uitleggen wat een moedertaal is.
  • Ik kan uitleggen wat meertaligheid inhoudt.
  • Ik kan uitleggen wat de verschillen zijn tussen een moedertaal en een tweede taal.

Slide 3 - Tekstslide

4.4 Grammatica

Spel:

  • Ik loop door de klas en deel kaartjes uit.
  • Als je een kaartje krijgt, bedenk je een woord voor deze woordsoort.
  • Het doel is om een zo lang mogelijke zin te maken.

Slide 4 - Tekstslide

 Spel
  • Je krijgt een zin, een woord of een stelling  te zien
  • Rood kaartje omhoog = woord of zin is fout gespeld of stelling klopt niet
  • Groen kaartje omhoog = woord of zin is goed gespeld of stelling klopt
  • Joker mag één keer gebruikt worden
  • Als je af bent, laat je de kaartjes op tafel liggen en dan mag je de volgende ronde weer meedoen

Slide 5 - Tekstslide

Als een schrijver midden in het verhaal begint en later pas vertelt wat er daarvoor gebeurd is, dan is de volgorde chronologisch. 

Slide 6 - Tekstslide

Lay-out is hetzelfde als beeld en opmaak.

Slide 7 - Tekstslide

'Waarmee' is een signaalwoord van een voorwaardelijk tekstverband.

Slide 8 - Tekstslide

'Waar' is een vragend voornaamwoord.

Slide 9 - Tekstslide

Een tegenwoordig deelwoord als BN eindigt altijd op een -d of op -de.

Slide 10 - Tekstslide

een verbaast kind

Slide 11 - Tekstslide

de verblufte massa

Slide 12 - Tekstslide

krantenbericht

Slide 13 - Tekstslide

meisjeschool

Slide 14 - Tekstslide

paddestoel

Slide 15 - Tekstslide

kattenbak

Slide 16 - Tekstslide

roggenbrood

Slide 17 - Tekstslide

Als iemand een tweede taal spreekt, heeft diegene beide talen van jongs af aan geleerd.

Slide 18 - Tekstslide

Zelfstandig werken
  • Wat?             Nakijken: alle gemaakte opdrachten hoofdstuk 4
  • Hoe?             Zelfstandig. Zachtjes overleggen mag, muziek                                                            luisteren mag ook.
  • Hulp?            Buurman of -vrouw, docent
  • Tijd?               Tot 10.13 uur
  • Resultaat?   Nakijken met rode pen, foute antwoorden verbeteren
  • Klaar?             Lezen uit leesboek

Slide 19 - Tekstslide