Grammatica les 3
1 / 20
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
timer
1:00
Onderwerp
Slide 2 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
klassikale vraag
Slide 4 - Tekstslide
uitleg geven
Slide 5 - Tekstslide
wat is hier het onderwerp? gebruik de wie/wat regel
Slide 6 - Tekstslide
uitleg geven
Slide 7 - Tekstslide
wat is het onderwerp? gebruik de meervoud/enkelvoud regel
Slide 8 - Tekstslide
Hoe zoek je nu het Ow? het is namelijk al een vraagzin
Wat is het onderwerp in deze zin?
De leerlingen luisteren naar de leraar.
De leerlingen luisteren naar de leraar.
A
luisteren
B
de leraar
C
De leerlingen
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 10 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Noteer het werkwoordelijk gezegde:
De viervoeters moesten op hun achterpoten lopen.
De viervoeters moesten op hun achterpoten lopen.
Slide 11 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 12 - Tekstslide
als de woordjes 'te' of 'aan het' voor een werkwoord staan, horen 'te' en 'aan het' ook bij het werkwoordelijk gezegde.
Noteer het werkwoordelijk gezegde:
Patrick zit op de bank zijn favoriete boek te lezen.
Patrick zit op de bank zijn favoriete boek te lezen.
Slide 13 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 14 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Noteer de persoonsvorm.
Gisteren heeft zijn opa een vakantie geboekt.
Slide 15 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Een persoonsvorm is altijd een ...
Slide 16 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe vind je zinsdelen?
Slide 17 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Slide 18 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Noteer: pv, ow, wg.
Aan het einde van de les kan iedereen zinnen ontleden.
Aan het einde van de les kan iedereen zinnen ontleden.
Slide 19 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 20 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
