Verleden tijd to be to have

Welcome Everyone!
Please grab your books & you iPads!
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welcome Everyone!
Please grab your books & you iPads!

Slide 1 - Tekstslide

Last Lesson??

Slide 2 - Woordweb

Doel van de les:
  • Aan het einde van de les weet je wat de verleden tijd vormen van to be en to have zijn.
  • Aan het einde van de les weet je wanneer een zin tegenwoordige tijd is of  verleden tijd.

Slide 3 - Tekstslide

I am walking right now
TT of VT?

Slide 4 - Open vraag

I was walking yesterday
TT of VT?

Slide 5 - Open vraag

To be en to have
Het werkwoord hebben en zijn kan je in het Engels in de verleden tijd zetten. Je kan aan een zin zien dat het verleden of tegenwoordige tijd is aan bepaalde woordjes zoals: 
tt: right now, at the moment, today, as we speak
vt: yesterday, last week, last summer

Slide 6 - Tekstslide

To be tegenwoordige tijd
I am
He is  
She is
It is
We are
They are
You are    
To be verleden tijd
I was
He was
She was
It was
We were
They were
You were

Slide 7 - Tekstslide

To have tegenwoordige tijd
I have
He has  
She has
It has
We have
They have
You have    
To have verleden tijd
I had
He had
She had
It had
We had
They had
You had

Slide 8 - Tekstslide

To be of to have??
Als je in een opdracht moet kiezen tussen de twee, vraag je dan het volgende af:
Gaat het in deze zin over dat iemand iets is (to be) of dat iemand iets heeft? (to have).

Slide 9 - Tekstslide

I ... a big fan of Liverpool when I was younger.
A
was
B
were
C
have
D
had

Slide 10 - Quizvraag

Huiswerk:
  • Maken opdracht 19 t/m 22

Slide 11 - Tekstslide