M3b blok 4 Over Taal

Blok 4 - over taal
Ik weet wat een stijlfiguur is.
Ik weet wat het stijlfiguur pleonasme is.
Ik weet wat het stijlfiguur tautologie is.

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Blok 4 - over taal
Ik weet wat een stijlfiguur is.
Ik weet wat het stijlfiguur pleonasme is.
Ik weet wat het stijlfiguur tautologie is.

Slide 1 - Tekstslide

Stijlfiguur
Stijlfiguren: je wilt iets op een bijzondere manier vertellen (vaak in fictie en poëzie)

Slide 2 - Tekstslide


Twee soorten stijlfiguren:
Pleonasme: een eigenschap van een woord wordt herhaald.
De hete zon scheen de hele dag.
vaak een overbodig bijvoeglijk naamwoord bij een zelfstandig naamwoord.
Je kunt de eigenschap (bnw) weglaten, maar het znw zelf niet.

Tautologie: je zegt twee keer hetzelfde met verschillende woorden.
Ik houd voor altijd en eeuwig van je.
Je kunt één van de twee woorden (of woordgroepen) weglaten, het maakt niet uit welke.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Benoem de stijlfiguur in de volgende zin.
1. Het balletje was moeilijk te zien in het groene gras.

Slide 6 - Open vraag

Benoem de stijlfiguur in de volgende zin.
2. Met een harde schreeuw maakte Tom een einde aan de rust.

Slide 7 - Open vraag

Benoem de stijlfiguur in de volgende zin.
3. De boeken staan schots en scheef in de kast.

Slide 8 - Open vraag

Benoem de stijlfiguur in de volgende zin.
4. Roy en Marcia hopen voor eeuwig en altijd bij elkaar te blijven.

Slide 9 - Open vraag

Nu:  opdrachten maken

Boek: blz. 210
Opdracht 5, 6 en 7
klaar: dan opdracht 1 en 2 maken

Slide 10 - Tekstslide

nog wat voorbeelden
houten boom, mondeling gesprek, groen gras

never nooit (niet), blij en verheugd
leugen en bedrog



Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Blok 4 - over taal
Ik weet wat een stijlfiguur is.
Ik weet wat het stijlfiguur pleonasme is.
Ik weet wat het stijlfiguur tautologie is.

Slide 14 - Tekstslide