- maten/temperatuur/gewicht/bedragen en percentages
- tijdstippen/data/jaartallen
- hoofdstukken paragrafen/groepen
- leeftijden
Slide 21 - Tekstslide
Wat is goed en wat is fout?
Sleep naar de juiste kolom.
Goed
Fout
vijf kinderen
twee november
5 kinderen
2 november
4 mavo
Vier mavo
Slide 22 - Sleepvraag
Formuleren
A: samengestelde zinnen
B: omdat of doordat
C: een aantal bezoekers vindt/vinden
D: die of dat
E: sommige of sommigen
F: u of uw - jou of jouw
G: hun/hen/zij
Slide 23 - Tekstslide
A: Samengestelde zinnen
Slide 24 - Tekstslide
Verbeter de zin: Bij het tv-programma ‘The masked singer’ zingt elke artiest een nummer en wordt gepresenteerd door Ruben Nicolai.
Slide 25 - Open vraag
Opdrachten
Deel 3 formuleren.
Gele boekje: oefening A
Slide 26 - Tekstslide
B. Omdat of doordat
Slide 27 - Tekstslide
Stellingen:
I. Doordat geeft alleen een reden aan II. Omdat kan zowel een oorzaak als een reden aangeven
A
Alleen stelling I is goed
B
Alleen stelling II is goed
C
Stelling I en II zijn fout
D
Stelling I en II zijn goed
Slide 28 - Quizvraag
Opdrachten:
Deel 3 formuleren.
Gele boekje: oefening B
Slide 29 - Tekstslide
C: Een aantal bezoekers vindt/vinden
Slide 30 - Tekstslide
Wat is goed?
Een aantal jongeren ...... dat leuk.
A
vinden
B
vindt
Slide 31 - Quizvraag
Opdrachten
Deel 3 formuleren.
Gele boekje: oefening C
Dus..... Je hebt aan het einde van de les af:
- oefening A + nakijken
- oefening B + nakijken
- oefening C + nakijken
(Nakijkboekje in studiewijzer)
Slide 32 - Tekstslide
D. Die of dat
Slide 33 - Tekstslide
Zet die of dat ervoor: - de jongen ..... (die/dat) - het meisje ..... (die/dat) - de schoolvriendinnen .... (die/dat) - het grote geheim .... (die/dat)
Slide 34 - Open vraag
E. Sommige of sommigen/ alle of allen / beide of beiden
Dus...
+n (allen):
1. verwijzing naar eerder genoemd persoon / iedereen
(alle):
1. voor het znw / terug naar een eerder genoemd woord maar geen persoon