Havo H32 Regels voor de activa en de passiva - deel 2
32.4 Eigen vermogen
32.5 Voorzieningen
32.6 Langlopende en kortlopende schulden
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5
In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Havo H32 Regels voor de activa en de passiva - deel 2
32.4 Eigen vermogen
32.5 Voorzieningen
32.6 Langlopende en kortlopende schulden
Slide 1 - Tekstslide
Uit welke 3 onderdelen bestaat het Eigen Vermogen (bij een bv/nv)?
Slide 2 - Open vraag
32.4 Eigen vermogen
Slide 3 - Tekstslide
Plaatsing aandelen
Slide 4 - Tekstslide
Vraag 1
Slide 5 - Tekstslide
Vraag 1 antwoord
Slide 6 - Tekstslide
Reserves
Agioreserve
Herwaarderingsreserve
Algemene reserve (winstreserve)
Dividendreserve
Ook een Eigen Vermogen balanspost:
Onverdeelde winst = winstsaldo
Slide 7 - Tekstslide
Reserves vervolg...
Herwaarderingsreserve = wettelijke reserve: mag niet uitgekeerd worden aan aandeelhouders
Statutaire reserves = reserve waarvan de onderneming zichzelf heeft opgelegd dat deze niet uitkeerbaar zijn
Slide 8 - Tekstslide
timer
5:00
Slide 9 - Tekstslide
32.5 Voorzieningen
Garantievoorziening (vaak een % van de omzet)
Voorziening groot onderhoud ( bijv. een % van de aanschafwaarde gebouw)
Pensioenvoorziening >> pensioen in eigen beheer = vrijwel altijd aparte stichting en niet binnen de onderneming geregeld
Slide 10 - Tekstslide
Waarom Voorzieningen:
Voorziening voor verplichtingen waarvan de onderneming weet dat deze gaan komen. De hoogte kan redelijk ingeschat worden.
Doel:
kosten van verplichtingen spreiden over meerdere jaren
VOORZIENING = LANG VREEMD VERMOGEN !!
Slide 11 - Tekstslide
timer
6:00
Slide 12 - Tekstslide
32.6
Langlopende en kortlopende schulden
Deel dat we dit jaar gaan aflossen is
KORT vreemd vermogen.
De rest van de lening is LANG vreemd vermogen.
Slide 13 - Tekstslide
Converteerbare obligatielening
Obligatielening waarbij de obligatiehouder de obligaties kanomwisselen in aandelen. Als ie niet omwisselt krijgt hij gewoon de waarde van de obligatie weer terug a.h. einde van de looptijd.
Op die manier trekt het bedrijf toch permanent vermogen (eigen vermogen) aan, via een omweg.
Slide 14 - Tekstslide
Kortlopende schulden: alles wat géén EV en géén lang VV is, zoals:
verplichtingen binnen een jaar van langlopende schulden
crediteuren
vooruitontvangen bedragen; nog te betalen bedragen
belastingschuld en sociale premies schuld
schulden aan banken (in rekening courant)
Slide 15 - Tekstslide
Balansposten bestandje doorlopen -->
creditzijde balans
(staat bij de Bronnen in ItsLearning)
Slide 16 - Tekstslide
De Pensioen-voorziening van een bedrijf hoort bij:
A
Vlottende activa
B
Liquide middelen
C
Eigen Vermogen
D
Vreemd vermogen
Slide 17 - Quizvraag
Vooruitontvangen huur hoort bij:
A
Vlottende activa
B
Lang vreemd vermogen
C
Kort vreemd vermogen
D
Eigen vermogen
Slide 18 - Quizvraag
De dividendreserve hoort bij:
A
Eigen Vermogen
B
Vaste activa
C
Vlottende activa
D
Kort vreemd vermogen
Slide 19 - Quizvraag
Een converteerbare obligatie is:
A
Een obligatie met hoge rente
B
Een obligatie met stemrecht
C
Een obligatie die omwisselbaar is in aandelen
D
Een obligatie die halverwege de looptijd afgelost kan worden.