exa

1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

WAT weten we over zouten
tot nu toe?

Slide 2 - Woordweb

welke zout heeft je bot?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Vaste zouten geleiden stroom.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Wat is een zout?
A
zout bestaat uit atomen?
B
zout bestaat uit ionen?
C
zout bestaat uit moleculen?
D
zout bestaat uit kernen?

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Welke lading krijgt een atoom als hij 2 elektronen afstaat?
A
2+
B
2-

Slide 11 - Quizvraag

Welke lading krijgt een atoom als hij 2 elektronen opneemt?
A
2+
B
2-

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

nitrietion
acetaation
ammoniumion
hydroxide‑ion
 fosfaation
carbonaation
 CO32-
PO43-
OH-
NH4⁠+
CH3COO-
NO2-

Slide 15 - Sleepvraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Wat is de verhoudingsformule van magnesiumchloride?
A
MgCl
B
Mg2Cl
C
MgCl2
D
Mg2Cl2

Slide 18 - Quizvraag

Wat is de juiste verhoudingsformule van calciumfosfaat ?
A
Ca3(PO4)2
B
Ca(PO4)3
C
Ca2(PO4)3
D
Ca3PO42

Slide 19 - Quizvraag

Leid de verhoudingsformules van elk van het volgende zout af:
natriumsulfaat

Slide 20 - Open vraag

Leid de verhoudingsformules van elk van het volgende zout af:
kopercarbonaat

Slide 21 - Open vraag

Leid de verhoudingsformules van elk van het volgende zout af:
magnesiumnitriet

Slide 22 - Open vraag

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

6. Welke van de volgende zouten lost slecht op?
A
Na3PO4
B
Ca(OH)2
C
AgNO3
D
PbI2

Slide 25 - Quizvraag

Hoe is de oplosbaarheid van magnesiumfosfaat
A
g
B
m
C
s
D
-

Slide 26 - Quizvraag

Rangschik de zouten van slechtste naar beste oplosbaarheid
Best oplosbaar
Slechtst oplosbaar
ZnF2
MgSO3
Ba3(PO4)2

Slide 27 - Sleepvraag

Slide 28 - Tekstslide

De oplosvergelijking van
zinknitraat,
ZnNO3
A
Zn2+(aq)+2NO3(aq)Zn(NO3)2(s)
B
Zn(NO3)2(s)Zn2+(aq)+2NO3(aq)
C
Dit zout lost slecht op.
D
Zn(NO3)2Zn2++2NO3

Slide 29 - Quizvraag

Zouthydraten
Naamgeving:
  • formule: (naam zout) . (#watermoleculen) 
  • voorbeeld:  
  • Naam: Koper(II)sulfaatpentahydraat
  • Dit is dus het blauwe koper(II)sulfaat
  • Triviale namen in Binas 66A en 66B
CuSO4.5H2O
(H2O)
CuSO4.5H2O

Slide 30 - Tekstslide

Zouthydraten
Voorbeeld:
  • Gips: 
  • Soda: 
CaSO4.2H2O (s)
Na2CO3.10H2O (s)

Slide 31 - Tekstslide

Wat is de systemische naam van gips?
timer
1:30
CaSO4.2H2O

Slide 32 - Open vraag

Wat is de systemische naam van
timer
1:30
MgSO4.7H2O

Slide 33 - Open vraag

Wat is de formule van natriumthiosulfaatpentahydraat
Hint: gebruik ook BINAS 66B
timer
1:30

Slide 34 - Open vraag

Wat wil je de volgende keer
weer terug zien?

Slide 35 - Woordweb