Taal- spraak problemen

WELKOM
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

WELKOM

Slide 1 - Tekstslide

Intervisie
Vorm een 4 tal voor het komende uur
Van 14.00-14.30 Pauze
14.30-16.00 Gezondheidskunde, spraakstoornissen

Slide 2 - Tekstslide

Intervisie
- Wat is het gekste wat je meegemaakt hebt de afgelopen week?
- wat het leukste dat je meegemaakt hebt deze week? 
- Heb je al kennisgemaakt met je werkbegeleider?
- Hoe kijk je tegen de komende 20 weken aan?
- Heb je al de contactgegevens van je werkbegeleiders doorgestuurd naar je stagedocent?

Slide 3 - Tekstslide

Gezondheidskunde

Slide 4 - Tekstslide

Ben je op stage al mensen tegen gekomen met een taal-spraakstoornis?

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Tekstslide

Wat betekent Afasie?
A=... fasie=...

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Video

Welke hersengebieden spelen een belangrijke rol?

Slide 12 - Open vraag

Waarom spelen deze gebieden een belangrijk rol?

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Wat is je opgevallen bij de deelnemers?

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

In welke werkvelden kun je dit tegenkomen?

Slide 22 - Open vraag

Hoe geef je de begeleiding vorm?

Slide 23 - Open vraag

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video

Hoe heet de taalstoornis waarbij een zorgvrager woorden niet meer goed begrijpt en gedachten niet goed kan verwoorden?
A
Agnosie
B
Afasie
C
Apraxie

Slide 30 - Quizvraag

Wat is Dysartrie?
A
spraakstoornis ontstaan door neurologische aandoening
B
Taalstoornis
C
spraakstoornis ontstaan door zuurstof te kort
D
handelingsstoornis

Slide 31 - Quizvraag

Wat is spraakapraxie?
A
Wanneer je niet meer weet wat je wilt zeggen
B
het programmeren van de spieren die nodig zijn voor het spreken is verstoord
C
Als het niet lukt om dingen bij de juiste naam te noemen
D
dat je spreken te vermoeiend vind

Slide 32 - Quizvraag

Film Afasie
Jullie gaan zo een film bekijken m.b.t. afasie en de omgang met afasie.


Schrijf voor jezelf 3 adviezen op die jij meeneemt in de omgang met mensen met afasie.

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video

Welke 3 adviezen heb jij voor jezelf opgeschreven?

Slide 35 - Open vraag