Herhaling grammatica en spelling

Herhaling grammatica en spelling
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Herhaling grammatica en spelling

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf de samenstelling op:

+

Slide 2 - Open vraag

In kerkklok hoor je de laatste k van kerk of de eerste k van klok niet. Toch schrijf je kerkklok omdat het woord een samenstelling is van kerk en klok.
Schrijf de samenstelling op:

+

Slide 3 - Open vraag

Handtas klinkt soms als */hantas/: de d van hand valt weg in de uitspraak. Toch schrijf je handtas omdat het woord een samenstelling is van hand en tas
Schrijf de samenstelling op:

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Raad de
samenstelling

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Noteer de samenstelling

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Noteer de samenstelling

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Noteer de samenstelling

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Persoonlijk of bezittelijk voornaamwoord?
Het was hun idee om een groot feest te organiseren.
  
A
persoonlijk
B
bezittelijk

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Persoonlijk of bezittelijk voornaamwoord?
Je hebt ons niets verteld.
  
A
persoonlijk
B
bezittelijk

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Persoonlijk of bezittelijk voornaamwoord?
Ga je ook naar zijn feestje? 
A
persoonlijk
B
bezittelijk

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Persoonlijk of bezittelijk voornaamwoord?
Het was ze niet opgevallen dat Jeroen er niet was.
  
A
persoonlijk
B
bezittelijk

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Persoonlijk of bezittelijk voornaamwoord?
Ik kom vanmiddag naar jou toe.  
  
A
persoonlijk
B
bezittelijk

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Persoonlijk of bezittelijk voornaamwoord?
Hebben ze jullie het goede nieuws al verteld? 
  
A
persoonlijk
B
bezittelijk

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Meervoud
A
garages
B
garage's

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

meervoud
A
kroketten
B
kroketen

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

meervouden

Wat is het meervoud van technologie?
A
technologies
B
technologieën
C
technologiën
D
technologieeën

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Meervoud
timer
0:10
A
skis
B
ski's
C
skies
D
skie's

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Meervoud: wat is het meervoud van piano?
A
pianos
B
pianoos
C
piano's
D
pianoo's

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

meervouden

Wat is het meervoud van idee?
A
idees
B
ideeen
C
ideeën
D
ideën

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies