In deze les zitten 28 slides, met tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
H3: Warmte en energie
Slide 2 - Tekstslide
Wat gaan we vandaag doen?
Introductie H3 Warmte 10 min
Maken opdracht 1 t/m 7 10 mim
Uitleg warmte uit verbranding 10 min
Maken opdracht 8 t/m 15 10 min
Slide 3 - Tekstslide
Opbouw komende lessen:
Vanaf volgende week:
Eerst uitleg paragraaf
Dan opdrachten
Laatste (20) min werken aan PO
Slide 4 - Tekstslide
3.1 Warmte opwekken
Slide 5 - Tekstslide
Wat zijn warmtebronnen
Een warmte bron is iets dat warmte geeft. Denk aan een brander, een kachel, een föhn of een broodrooster. Maar ook de zon is een warmtebron.
Twee soorten warmtebronnen
Chemische energie wordt omgezet in warmte
Elektrische energie wordt omgezet in warmte
Slide 6 - Tekstslide
Wat is chemische energie
Verbranden van een brandstof.
S teenkool
Bruinkool
Aardgas
Aardolie
Hout
Kaarsvet (waxine)
Papier
...
Slide 7 - Tekstslide
Wat is elektrische energie
De elektrische energie is de energie die door elektriciteit wordt verzorgd. De energie wordt geleverd door een energiebron. Als we de elektriciteit gebruiken voor warmte spreken we van een warmtebron. Hier volgen vier voorbeelden van energiebronnen.
Kookplaat
Oven
Waterkoker
Soldeerapparaat
Slide 8 - Tekstslide
Branddriehoek
Brandstof, bijvoorbeeld aardgas
Zuurstof, onder zuurstof geen verbranding
Ontbrandingstemperatuur, temperatuur waarbij het mengsel brandt
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Chemische reactie
Bij een chemische reactie verdwijnen stoffen én er ontstaan nieuwe stoffen.
beginstoffen: De stoffen die bij de chemische reactie verdwijnen
reactieproducten: de stoffen die ontstaan bij een chemische reactie
Slide 11 - Tekstslide
Verschillende reacties:
- verbranding (altijd met zuurstof)
brandstof + zuurstof --> Verbrandingsproducten
Slide 12 - Tekstslide
Eenheid van energie = Joule (J)
Staat vaak op verpakking van eten
1000 J = 1 kJ
In pindakaas op brood zit 416000 J = 416 kJ
Slide 13 - Tekstslide
Aan de slag
Wat? Maak 3.1 opdracht 1 t/m 7
Hoe? Binnen je groep
Tijd? 10 min
Klaar? Maak opdracht 8 t/m 15
timer
10:00
Slide 14 - Tekstslide
Pak erbij:
Bladzijde 159 in je boek
Slide 15 - Tekstslide
Warmte uit verbranding
De hoeveelheid warmte die vrijkomt bij verbranding, hangt af van:
de hoeveelheid brandstof die je verbrandt;
de verbrandingswarmte van de brandstof.
Slide 16 - Tekstslide
Verbrandingswarmte
De hoeveelheid warmte (in J) die bij de verbranding van 1 g of 1 cm3 stof ontstaat.
De verbrandingswarmte is een stofeigenschap.
Slide 17 - Tekstslide
Verbrandingswarmte rekenen
In de cv-ketel verbrandt op een dag 2,5 m3 aardgas.
De verbrandingswarmte van aardgas is 32 J/cm3.
Bereken hoeveel warmte daarbij vrij komt.
Slide 18 - Tekstslide
Verbrandingswarmte rekenen
In de cv-ketel verbrandt op een dag 2,5 m3 aardgas.
De verbrandingswarmte van aardgas is 32 J/cm3.
Bereken hoeveel warmte daarbij vrij komt.
Stap 1: Zelfde eenheden
Slide 19 - Tekstslide
Verbrandingswarmte rekenen
In de cv-ketel verbrandt op een dag 2,5 m3 aardgas.
De verbrandingswarmte van aardgas is 32 J/cm3.
Bereken hoeveel warmte daarbij vrij komt.
Stap 1: Zelfde eenheden
2,5 m3 = _____________________ cm3
Slide 20 - Tekstslide
Verbrandingswarmte rekenen
Stap 1: Zelfde eenheden
2,5 m3 = 2 500 000 cm3
Slide 21 - Tekstslide
Verbrandingswarmte rekenen
In de cv-ketel verbrandt op een dag 2,5 m3 aardgas.
De verbrandingswarmte van aardgas is 32 J/cm3.
Bereken hoeveel warmte daarbij vrij komt.
2,5 m3 = 2 500 000 cm3
32 J/cm3 betekend dat bij de verbranding van 1 cm3 aardgas 32 J vrij komt.
Slide 22 - Tekstslide
Verbrandingswarmte rekenen
In de cv-ketel verbrandt op een dag 2 500 000 cm3 aardgas.
De verbrandingswarmte van aardgas is 32 J/cm3.
Bereken hoeveel warmte daarbij vrij komt.
32 J/cm3 betekend dat bij de verbranding van 1 cm3 aardgas 32 J vrij komt.
Volume
1 cm3
warmte
32 J
Slide 23 - Tekstslide
Verbrandingswarmte rekenen
In de cv-ketel verbrandt op een dag 2 500 000 cm3 aardgas.
De verbrandingswarmte van aardgas is 32 J/cm3.
Bereken hoeveel warmte daarbij vrij komt.
Volume
1 cm3
2 500 000 cm3
warmte
32 J
Slide 24 - Tekstslide
Verbrandingswarmte rekenen
In de cv-ketel verbrandt op een dag 2 500 000 cm3 aardgas.
De verbrandingswarmte van aardgas is 32 J/cm3.
Bereken hoeveel warmte daarbij vrij komt.
1 x 2 500 000 = 2 500 000
32 x 2 500 000 =
Volume
1 cm3
2 500 000 cm3
warmte
32 J
Slide 25 - Tekstslide
Verbrandingswarmte rekenen
In de cv-ketel verbrandt op een dag 2 500 000 cm3 aardgas.
De verbrandingswarmte van aardgas is 32 J/cm3.
Bereken hoeveel warmte daarbij vrij komt.
1 x 2 500 000 = 2 500 000
32 x 2 500 000 = 80 000 000 J
Volume
1 cm3
2 500 000 cm3
warmte
32 J
80 000 KJ
Slide 26 - Tekstslide
Verbrandingswarmte
Het volume en de hoeveelheid warmte zijn recht evenredig.
Dat betekent dat als het volume twee keer zo groot wordt, dan wordt de hoeveelheid warmte ook twee keer zo groot.
Rechte lijn door de oorsprong.
Slide 27 - Tekstslide
Aan de slag
Wat? Maak 3.1 opdracht 1 t/m 15
Hoe? Binnen je groep
Tijd? 15 min
Klaar? Lees bladzijde 160 en Maak opdracht 16 t/m 24