Cicero week 7 Argumentatio 2: d, e, f (86-88) blz. 84 ff lesboek
week 7 : jan. 2021
Cicero Argumentatio 2: d,e,f
Wat je gemist hebt door afwezig te zijn in de laatste week: zelf inhalen m.b.v. de vertalingen op its learning
Bijles Latijn elke dinsdag om 14.00 uur via Teams
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6
In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
week 7 : jan. 2021
Cicero Argumentatio 2: d,e,f
Wat je gemist hebt door afwezig te zijn in de laatste week: zelf inhalen m.b.v. de vertalingen op its learning
Bijles Latijn elke dinsdag om 14.00 uur via Teams
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
illos (1) ...hunc ( 2) wie worden respectievelijk bedoeld?
Slide 3 - Open vraag
wanneer zij zouden zien: wie zijn die "zij"?
Slide 4 - Open vraag
eo perspicuo: wat is er dan duidelijk en hoeft niet te worden onderzocht?
Slide 5 - Open vraag
Slide 6 - Tekstslide
praedam en egestatem: hier is sprake van metonymia: wie worden er respectievelijke bedoeld met praedam en wie met egestatatem
A
Magnus en Sextus Roscius junior
B
Sextus Roscius Senior en Titus
C
Chrysogonus en Sextus Roscius senior
D
Titus en Sextus Roscius junior
Slide 7 - Quizvraag
potius...quam wat betekent dat altijd?
Slide 8 - Open vraag
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Num Causa quaerenda est? Er hoeft toch geen motief gezicht worden: Welke motieven heeft Cicero zoal genoemd?
Slide 11 - Open vraag
Welke stijlfiguur is: eo magis luceat, quo magis occultatur
A
Hyperbaton
B
paradox
C
anafoor
D
chiasme
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
praefers avaritiam: wie is de jij?
Slide 14 - Open vraag
qui + con. wat betekent dat?
Slide 15 - Open vraag
wat moet je koppelen aan het voorzetsel : de
A
municipis
B
fortunis
C
cognatique
D
alieninissimo
Slide 16 - Quizvraag
Wat is de hoofdzin in: Quam.......offerres
Slide 17 - Open vraag
Wat betekent Quam in een uitroep
Slide 18 - Open vraag
ut alia obliviscar betekent:
A
om niet over anderen te praten
B
om niet over andere dingen te praten
C
opdat ik niet over een ander praat
D
zodat ik niet over andere dingen praat
Slide 19 - Quizvraag
welke acc. moet je aanvullen bij offerres (r.6)
Slide 20 - Open vraag
regel 6: welk Sextus Roscius wordt hier bedoeld? Junior of Senior?
Slide 21 - Open vraag
necesse est (ut) concedas + ACI en + Lijd.vw. ACI: inimicitias fuisse Lijd.vw. : magnas controversias rei familiaris : concedas betekent : dat u toegeeft
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Tekstslide
r. 1-2: uter potius Sextum Roscium occiderit: wie van beiden liever/eerder Sextus Roscius heeft vermoord uter betekent wie van beiden: welke twee mogelijke personen betreft het hier?
Slide 27 - Open vraag
met welk woord contrasteert divitiae
Slide 28 - Open vraag
waarmee contrasteert tenuis
A
egentissimus
B
postea
C
factus
D
antea
Slide 29 - Quizvraag
ardens avaritia betekent brandend van hebzucht: over wie wordt dit gezegd?
Slide 30 - Open vraag
Slide 31 - Tekstslide
Slide 32 - Tekstslide
wat betekent ita (hoofdzin)......ut (bijzin + con.)
Slide 33 - Open vraag
fructum, quem labore peperat: vertaal alleen dit even: de opbrengst, .....
Slide 34 - Open vraag
nosset = novisset: hoe vertaal je novisset (n.b. novi = ik ken (perf. met praesensbetekenis)
Slide 35 - Open vraag
Slide 36 - Tekstslide
regel 7: propter + acc. wat is de acc. die je moet aanvullen?