In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Slide 4 - Tekstslide
Drie eisen voor een arbeidscontract. Welke hoort er niet bij?
A
Werk moet persoonlijk verricht worden
B
Er moet loon betaald worden
C
Er moet sprake zijn van een gezagsverhouding
D
Het moet schriftelijk worden vastgelegd
Slide 5 - Quizvraag
Werkgever en werknemer mogen afspraken maken die afwijken van de CAO of de wet.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quizvraag
De Horeca CAO is door de minister Algemeen Bindend verklaard. Wat houdt dit in?
Slide 7 - Open vraag
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Welk contract wordt in de volksmond ook wel het 'vast contact' genoemd?
A
Fulltime contract
B
Parttime contract
C
Contract voor onbepaalde tijd
D
Contract voor bepaalde tijd
Slide 10 - Quizvraag
Bij hoeveel uur per week werken spreken we ook wel van een fulltime contract?
Slide 11 - Open vraag
Waarom is het belangrijk om te weten of er wel/geen sprake is van een arbeidsovereenkomst?
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Tekstslide
Noem een nadeel voor de werkgever voor het geven van een 'vast contract'
Slide 14 - Open vraag
Marleen heeft een nulurencontract. Ze heeft het afgelopen jaar telkens 12 uur per week gewerkt. Marleen breekt haar been. Heeft zij nu recht op loondoorbetaling?
A
Ja
B
Nee
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Werk jij via een Payrollbedrijf?
JA
Nee
Slide 18 - Poll
Slide 19 - Video
Slide 20 - Tekstslide
Iemand in deze klas die zich als ZZP-er verhuurd?
A
JA
B
NEE
Slide 21 - Quizvraag
Slide 22 - Tekstslide
Stel je bent een goede Kok. Waarom zou jij jezelf verhuren als ZZP-er?
Slide 23 - Open vraag
Waarom zou je jezelf NIET als ZZP-er verhuren?
Slide 24 - Woordweb
Slide 25 - Tekstslide
Welk contract heb jij bij je werkgever?
Slide 26 - Woordweb
Welke contracten zou jij gebruiken als horecaondernemer?