In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Wat gaan we doen vandaag?
Start les
Doel van de les
Lesstof 'citeren' herhalen
Zelfstandig werken
Spullen opruimen
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoel
Aan het einde van de les weet je wat citeren is en waar je de leestekens plaatst.
Slide 2 - Tekstslide
Waarom leren we dit?
Citeren wordt als lastig ervaren. Het is belangrijk om goed te citeren, zodat iemand anders weet wat je bedoelt. Als je de leestekens op de verkeerde plek zet, is het lastig om te lezen.
Slide 3 - Tekstslide
Wat is citeren?
Slide 4 - Open vraag
Citeren
Als je een uitspraak van iemand letterlijk wilt opschrijven.
Als de geciteerde woorden na een dubbele punt staan, schrijf je het zo:
Anouk riep: ''Geef mij dat tijdschrift eens aan!''
Slide 5 - Tekstslide
Citeren
Als de geciteerde woorden vooraan staan, schrijf je het zo:
'Morgen moet ik mijn boekverslag Engels inleveren', zei Stijn.
Als de geciteerde woorden voorstaan en verderop in de zin weer verdergaan, schrijf je het zo:
'In de zomervakakantie', zei Kevin, 'gaan we twee weken weg.'
Slide 6 - Tekstslide
iedere maand zet ik wat geld op mijn spaarrekening zegt esmee
Slide 7 - Open vraag
zeg iris vroeg gijs denk jij dat het vandaag mooi weer wordt