04 VWO5 Zin in zin hoofdstuk 1 & 2 les 4
1 / 36
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Hoe noemen we het proces na de middeleeuwen waarin kerk en geloof langzamerhand minder belangrijk werden?
A
Individualisering
B
Secularisatie
C
Solidariteit
D
Renaissance
Slide 12 - Quizvraag
Mensen streven met alle mogelijke middelen hun eigen belang na ten koste van anderen is een uitspraak van...
A
Jean Paul Sartre
B
Thomas Hobbes
C
Friedrich Nietzsche
D
Millenials
Slide 13 - Quizvraag
Dat de wereld geen voorafgegeven bedoeling heeft en dat de mens zelf zin moet geven aan zijn bestaan is een uitspraak van ....
A
Thomas Hobbes
B
Thomas van Aquino
C
Jean Paul Sartre
D
Friedrich Nietzsche
Slide 14 - Quizvraag
In een samenleving zijn volgens Hobbes ....
A
mensen een vrij wezen.
B
mensen sociale wezens.
C
mensen gericht op het handelen van God.
D
mensen aan zichzelf overgelaten.
Slide 15 - Quizvraag
Leg uit wat bedoeld wordt met individualisering van levensbeschouwing
Slide 16 - Open vraag
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Video
De mens is een vrij wezen betekent
A
Dat je verantwoordelijk bent voor wat je doet
B
Ikke ikke ikke en de rest kan stikken
C
Je moet altijd doen wat de overheid zegt
D
Dat een ander niks te zeggen heeft
Slide 23 - Quizvraag
Christelijk mensbeeld
Biologisch mensbeeld
Psychologisch mensbeeld
De mens is vrij en verantwoordelijk
De mens is een dier
Kijkt naar innerlijk en gedrag
De mens wordt bepaald door zijn opvoeding
Moraal heeft praktische functie
Omkijken naar de zwakkeren
Slide 24 - Sleepvraag
In een samenleving zijn volgens Hobbes ....
A
mensen een vrij wezen.
B
mensen sociale wezens.
C
mensen gericht op het handelen van God.
D
mensen aan zichzelf overgelaten.
Slide 25 - Quizvraag
Volgens Thomas Hobbes denkt ieder mens recht te hebben op datgene wat goed is voor hemzelf. Omdat af te dwingen mag geweld worden gebruikt.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 26 - Quizvraag
0-10 jaar
10-16 jaar
18+
straffen & belonen
leeftijds
genoten
eigen waarde/
overtuiging
ouders
wat anderen denken
on
afhankelijk
Slide 27 - Sleepvraag
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
De mens is een vrij en verantwoordelijk wezen.
A
Christelijk mensbeeld
B
Psychologisch mensbeeld
C
Biologisch mensbeeld
Slide 31 - Quizvraag
De mens heeft geen vrije keus
Bij wie hoort deze stelling?
Bij wie hoort deze stelling?
A
Augustinus
B
Pelagius
C
Donatus
D
Ambrosius
Slide 32 - Quizvraag
De mens is een vrij wezen betekent
A
Dat je verantwoordelijk bent voor wat je doet
B
Ikke ikke ikke en de rest kan stikken
C
Je moet altijd doen wat de overheid zegt
D
Dat een ander niks te zeggen heeft
Slide 33 - Quizvraag
Waar of niet waar?
De mens is een vrij wezen. Vrij om te kiezen.
De mens is een vrij wezen. Vrij om te kiezen.
A
waar
B
niet waar
Slide 34 - Quizvraag
Christelijk mensbeeld
Biologisch mensbeeld
Psychologisch mensbeeld
De mens is vrij en verantwoordelijk
De mens is een dier
Kijkt naar innerlijk en gedrag
De mens wordt bepaald door zijn opvoeding
Moraal heeft praktische functie
Omkijken naar de zwakkeren
Slide 35 - Sleepvraag
Mensen zijn van nature geneigd en geschikt om in harmonie met de omgeving te leven is een uitspraak vanuit een ....
A
liberaal mensbeeld
B
egoïstisch mensbeeld
C
christelijk mensbeeld
D
existentieel mensbeeld
