Lijdend voorwerp_les 31 okt

¿Qué vamos a hacer?
  • het lijdend voorwerp 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

¿Qué vamos a hacer?
  • het lijdend voorwerp 

Slide 1 - Tekstslide

Instrucción
¿Qué?
Het lijdend voorwerp (LV) is degene die / datgene wat de werking van het werkwoord ondergaat. 

Ik drink cola > de cola wordt gedronken
Ik koop een boek > het boek wordt gekocht
¿Cómo?

Slide 2 - Tekstslide

Hoe vind je het lijdend voorwerp in een zin?
Door de vraag te stellen:
Wie/wat + PV +onderwerp. 
Ik wil olijven.                                  Wat wil ik? = olijven
Ik neem de fiets.                         Wat neem ik? = de fiets
Jij kijkt veel Netflix series.    Wat kijk jij? =  veel Netflix series
Jullie maken huiswerk.          Wat maken jullie? het huiswerk

Slide 3 - Tekstslide

Waarom?
Om onnodige herhaling te voorkomen.


Ik koop een boek, ik lees het boek, ik verkoop het boek.
Als je in bovenstaand voorbeeld weet dat 'het boek' het LV is, kun je deze in de overige zinnen vervangen door een persoonlijk voornaamwoord.
Ik koop een boek, ik lees het en verkoop het.

Slide 4 - Tekstslide

y en español?
Lijdend voorwerpen worden in het Spaans vervangen door de volgende persoonlijk voornaamwoorden:

mannelijk ev                 > lo
mannelijk mv               > los
vrouwelijk ev                > la
vrouwelijk mv              > las
plaats
Indien je het LV vervangt door een van de persoonlijk voornaamwoorden (lo, la, los, las), plaats je deze vóór de persoonsvorm.
  • Yo compro un libro.
    Yo ya lo he leído.
  • Mis padres comen patatas fritas.
    Mis padres las han comido.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is het lijdend vw?
Juan toma el autobús al centro.

A
Juan
B
toma
C
el autobús
D
centro

Slide 6 - Quizvraag

Wat is het lijdend vw?
Hoy Carlos come un bocadillo de jamón.


A
Hoy
B
Carlos
C
come
D
un bocadillo de jamón

Slide 7 - Quizvraag

Vandaag leer je het leer je het lijdend voorn
Wat zijn de persoonlijke voornaamwoorden als lijdend voorwerp in het Spaans?
  • me        = mij/me
  • te           = jou / je
  • lo, la     = hem/haar/het/u
  • nos         = ons                           
  • os            = jullie
  • los, las   = hen / ze / u

Slide 8 - Tekstslide

Vervang het lijdendvw
¿Quieres un teléfono móvil nuevo?
Si, ... quiero.

A
lo
B
la
C
los
D
las

Slide 9 - Quizvraag

Vervang het lijdendvw:
Tengo que comprar sellos (=postzegels).
... tengo que comprar.

A
la
B
lo
C
las
D
los

Slide 10 - Quizvraag

Vervang het lijdenvw
Tú tienes que cruzar la plaza.
... tienes que cruzar.


A
los
B
las
C
la
D
lo

Slide 11 - Quizvraag

vervang LV en herschrijf:
Ahora hago los deberes

Slide 12 - Open vraag

Mañana mis amigos y yo vemos 2 películas

Slide 13 - Open vraag

Alex y Pedro toman café todos los días

Slide 14 - Open vraag

Mañana no hago los exámenes porque estoy enfermo

Slide 15 - Open vraag

Vandaag leer je het leer je het lijdend voorn
Wat zijn de persoonlijke voornaamwoorden als lijdend voorwerp in het Spaans?
  • me 
  • te
  • lo, la
  • nos                                              
  • os
  • los, las

Slide 16 - Tekstslide

Voorbeeld met andere vormen:
  • Juan me espera                      > Juan wacht op mij
  • Te ayudo con tus deberes > ik help je met je huiswerk
  • Mi padre nos va a llevar      > Mijn vader gaat ons brengen
  • Os invitan a la fiesta          > Zij nodigen jullie uit voor het feest

Slide 17 - Tekstslide

A trabajar!
TB p35 opdr 6+7+8

Slide 18 - Tekstslide