In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Uitleg stijlfiguren
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Stijlfiguren: welke bespreken we?
- anticlimax - sarcasme
- climax - understatement
- tegenstelling (antithese) - paradox
- opsomming (enumeratie) - herhaling (repetitio)
- eufemisme - pleonasme
- hyperbool - tautologie
- ironie - retorische vraag
Slide 4 - Tekstslide
De opsomming (enumeratio)
Wat ben jij een miezerig, vervelend, irritant, misselijk ventje.
Bij een opsomming worden achter elkaar verschillende dingen/onderdelen/etc. opgesomd.
Ik kwam, ik zag, ik overwon.
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Tautologie als stijlfout
Maar ik heb dat echter nog nooit gedaan.
Wat gaat er fout?
Een woord wordt 'dubbelop' gebruikt > Maar ik heb dat nog nooit gedaan./Ik heb dat echter nog nooit gedaan.
Twee woorden van dezelfde woordsoort worden gebruikt, terwijl één genoeg is.
Slide 9 - Tekstslide
Pleonasme als stijlfout
We gaan dat zo mondeling bespreken.
'Bespreken' is altijd mondeling, dus 'mondeling' is overbodig.
We moeten dit vooraf reserveren. 'Reserveren' doe je altijd vooraf, dus 'vooraf' is overbodig.
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Climax en Anticlimax
Een climax is een steeds sterker wordende reeks: de film was leuk, nee fantastisch, eigenlijk onovertroffen.
Een anticlimax is een steeds zwakker wordende reeks: we hoopten op een wereldreis, maar het werd zelfs geen reisje naar een Waddeneiland, we gingen naar camping de Berekuil.
Slide 12 - Tekstslide
Welke van onderstaande stijlfiguren is een pleonasme?
A
'blij en verheugd'
B
'een ronde cirkel'
C
'bar en boos'
D
'ijzeren discipline'
Slide 13 - Quizvraag
Welke van onderstaande stijlfouten is een tautologie?
A
Misschien hebben ze wellicht een oplossing.
B
Hoe kun je die houten boom versieren?
C
Ik sta hier al eeuwen te wachten.
D
Groot geworden door klein te blijven
Slide 14 - Quizvraag
Nog zo'n overwinning en ik ben verloren.
Hier is sprake van de stijlfiguur
A
tegenstelling
B
opsomming
C
paradox
D
understatement
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Retorische vraag
is een stijlfiguur waarbij een vraag wordt gesteld, waarop de vraagsteller niet per se antwoord verwacht. Het is de bedoeling dat de luisteraar/lezer zich aangesproken voelt en voor waar aanneemt wat de spreker/schrijver suggereert of beweert.
'Hebben ze hier wel eens van op tijd rijden gehoord?'
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Welk stijlfiguur herken je hier? 'Het licht weerkaatst op de witte sneeuw.'
A
tautologie
B
pleonasme
C
understatement
D
eufemisme
Slide 22 - Quizvraag
Welk stijlfiguur herken je hier? 'Wat zij deed, noem je ook wel: creatief met de waarheid omgaan.'
A
tautologie
B
pleonasme
C
understatement
D
eufemisme
Slide 23 - Quizvraag
Welke stijlfiguur herken je hier? 'Zij steunen elkaar door dik en dun.'
A
tegenstelling
B
paradox
C
pleonasme
D
herhaling
Slide 24 - Quizvraag
Welk stijlfiguur herken je hier? 'Van Nederland naar Bonaire is maar een kippeneindje (8000 km).'
A
eufemisme
B
herhaling
C
paradox
D
understatement
Slide 25 - Quizvraag
Welke stijlfiguur herken je hier? 'Ik heb een uur op je staan wachten.'
A
paradox
B
hyperbool
C
tautologie
D
eufemisme
Slide 26 - Quizvraag
Welke stijlfiguur herken je? 'Kom je weer niet naar de training? Je inzet is weer uitstekend.'
A
hyperbool
B
sarcasme
C
pleonasme
D
tegenstelling
Slide 27 - Quizvraag
Welke stijlfiguur herken je hier? 'De laatsten zullen de eersten zijn.'
A
tegenstelling
B
understatement
C
paradox
D
hyperbool
Slide 28 - Quizvraag
Ik heb het idee dat ik de stijlfiguren kan herkennen.