BS 5: Weefselvloeistof en lymfe

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Weefselvloeistof en lymfe 

Welke cellen zorgen ervoor dat je een allergie hebt?

1. Witte bloedcellen
2. Bacteriën
3. Virussen

De politie ruikt alcohol in iemands adem. Beschrijf de route door het bloed die de alcohol heeft afgelegd

Doel BS 5

* Je kunt de kenmerken en functies van weefselvloeistof en lymfe noemen.

Begrippen BS 7

Weefselvloeistof

Lymfevaten

Lymfe

Lymfevatenstelsel

Lymfeknopen

Lymfevaten

Lymfevaten bevatten net als aders kleppen om er voor te zorgen dat de lymfe de goede kant op stroomt.

Lymfevatenstelsel

In het lymfevatenstelsel komt alle lymfe uiteindelijk terecht in de borstbuis en de rechterlymfestam.

Lymfe via de sleutelbeenaderen weer het bloed in richting van de bovenste holle ader.

Lymfeknopen/ lymfeklieren

In de lymfeknopen wordt de lymfe gezuiverd van o.a. ziekteverwekkers.

Wat is

nummer 7

Wat is nummer 7

1. Bloedplasma
2. Weefselvloeistof
3. Lymfe
4. Water

Wat is

nummer 9

Wat is nummer 9

1. Een bloedvat
2. Een lymfevat

Wat is

nummer 11

Wat is nummer 11

1. Een voedseldeeltje
2. Een weefselcel
3. Een afvalstof
4. Een witte bloedcel

Wat bevindt zich op plaats P?

1. bloed
2. lymfe
3. weefselvloeistof

Wat is lymfe?

1. Lymfe is exact hetzelfde als weefselvloeistof
2. Vloeistof die uit de lymfevaten de weefsels in gaat
3. Weefselvloeistof met rode bloedcellen
4. Weefselvloeistof die in de lymfevaten is gestroomd

Wat bevind zich niet in weefselvloeistof ?

1. witte bloedcellen
2. afvalstoffen
3. rode bloedcellen
4. zuurstof

Huiswerk

Opdracht 1 t/m 8 van BS 7