Ontstaan parlementair stelsel

Nederland in de 19e eeuw
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
WereldoriëntatieLezen+2BasisschoolGroep 7,8

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Introductie

In Nederland mag iedereen boven de 18 stemmen. Zo kiezen we onze volksvertegenwoordigers, die het land voor ons besturen. Nederland is dus een parlementaire democratie. Maar dat was het niet altijd! Hoe is dat zo gekomen?

Onderdelen in deze les

Nederland in de 19e eeuw

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zie je allemaal op deze prent?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In welke tijd speelt dit zich af, denk je?

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Op deze prent zie je het eerste landelijke parlement dat was gekozen
door burgers in 1796. Deze les leer je meer hierover!

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragenmuur & Weetmuur
Wat zou je willen weten over het ontstaan van het parlementair stelsel? Schrijf jouw vragen op en plak ze op de vragenmuur!

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wereldoriëntatie
Na deze les:

  • weet ik hoe Nederland een parlementaire democratie is geworden.
  • weet ik welke invloed Napoleon had op Nederland. 
  • kan ik uitleggen wat de grondwet is en hoe deze tot stand is gekomen. 
Dit ga je leren
Woordenschat

Na deze les:
  • begrijp ik de belangrijke woorden die met het parlementair stelsel te maken hebben.
Taal
Na deze les :
  • kan ik een samenvattend stripverhaal maken waarin ik het ontstaan van het parlementair stelsel uitleg.

Slide 7 - Tekstslide

Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.
Over welke tijd hebben we het?
De tijd van burgers en stoommachines: 
1800 tot 1900

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verdiepende tekst

Arceer de woorden die je nog niet goed begrijpt. Arceer in ieder geval: 

  • de republiek
  • de patriotten
  • de rechten
  • de staat
  • het parlement
  • de grondwet
  • het veroveren
  • de constitutionele monarchie
  • het koninkrijk
  • de parlementaire democratie

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Woordenschat
Nederland
de republiek (der Zeven Verenigde Nederlanden)
Land met verschillende staten die elk hun eigen wetten hebben, maar ook gezamelijk over bepaalde zaken beslissen.
De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden ontstond in 1581.
de grondwet
De wet waarin de belangrijkste regels van het land staan.
In de grondwet staat dat er niet gediscrimineerd mag worden.
de constitutionele monarchie
Een koninkrijk (een monarchie) mét een grondwet (een constitutie). 
Nederland is een constitutionele monarchie.
het parlement
Door de bevolking gekozen vertegenwoordigers die met de regering een staat besturen.
Het parlement heeft een nieuwe wet aangenomen.
de parlementaire democratie
Een democratie met een parlement. 
Nederland is een parlementaire democratie

Slide 10 - Tekstslide

Woordenschat
Bespreek de moeilijke woorden met uw leerlingen.
Woordenschat
eten
het ontbijt
de lunch
het diner
Ga met behulp van de hulpkaart op zoek naar de betekenis van de woorden die jij hebt gearceerd. 
Weet je de betekenis nog niet? Schrijf de betekenis voor jezelf op. Horen er woorden bij elkaar? Maak dan een woordparaplu, -kast of -trap.
groot
klein
muis
olifant
Hulpkaart
woordparaplu
woordtrap
woordkast
timer
5:00

Slide 11 - Tekstslide

Woordenschat
Bespreek de belangrijke woorden met uw leerlingen. De hulpkaart kan helpen om achter de betekenis van de woorden te komen. In hun logboek noteren de leerlingen de betekenis van de woorden die ze nog niet kenden.
Bekijk de kaart van de  Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Wat valt je op? 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Is de uitspraak van Scoop waar of niet waar?
Sleep het vinkje of het kruisje naar Scoop!
Heb jij het goed begrepen? Test je kennis!
In de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden werkten de staten op alle gebieden samen.

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

.
Wat weet je over de Bataven? Noem minstens drie dingen.
Heb jij het goed begrepen? Test je kennis!
In de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden werkten de staten op alle gebieden samen.

Slide 15 - Open vraag

Antwoord:
1. De Bataven waren erg modern. 
2. De Bataven wilden alle burgers gelijke rechten geven. 
3. Dankzij de Bataven kwamen landelijke verkiezingen, in plaats van per staat.  
..
.
Heb jij het goed begrepen? 
Test je kennis!
Hoe zag het eerste het eerste landelijke parlement in 1796 eruit? 
A
In het parlement zaten de patriotten die de macht hadden gegrepen.
B
In het parlement zaten afgevaardigden van elke staat in de Republiek.
C
In het parlement zaten volksvertegenwoordigers, politici die het land bestuurde, namens de burgers.
D
In het parlement zat de koning van de Bataafse Republiek met zijn adviseurs.

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

.
Lees: 'Dat was heel modern in die tijd' over de eerste grondwet. 
Wat bedoelt de schrijfster van de tekst hiermee? 
Heb jij het goed begrepen? Test je kennis!
In de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden werkten de staten op alle gebieden samen.

Slide 17 - Open vraag

Antwoord:
In de grondwet stond stond dat elke burger dezelfde rechten had, en dat iedereen zich aan de wet moest houden. Dat was heel nieuw in deze tijd en werd dus als modern gezien. 

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Heb jij het goed begrepen?
Test je kennis!
Welke zinnen over Napoleon zijn WAAR?
Slepen maar!
Napoleon werd geboren als keizer.
Napoleon bleef de baas van Nederland tot zijn dood. 
Napoleon was een generaal.
Zijn broer Lodewijk Napoleon werd onze eerste koning. 

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

.
Welke invloed van Napoleon kun je vandaag de dag nog terugzien?
Heb jij het goed begrepen? Test je kennis!
In de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden werkten de staten op alle gebieden samen.

Slide 20 - Open vraag

Antwoord:
Het feit dat we allemaal een achternaam hebben én gebruik van de kilo en de meter bij het uitleggen van gewicht en maten. 
Heb jij het goed begrepen?
Test je kennis!
Welke uitspraak hoort bij wie?
Slepen maar!
Willem I
Willem II
Hij maakte een nieuwe grondwet, al stonden daar veel ideeën in uit de oude.
Hij ondertekende een nieuwe grondwet en gaf zichzelf als koning veel minder macht..

Slide 21 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Filmpje!
In deze video leer je meer over de grondwet.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

.
Welke dingen kun je in de grondwet vinden?
Noem er minstens drie.
Heb jij het goed begrepen? Test je kennis!

Slide 23 - Open vraag

Antwoord voorbeeld:
1. Wat mag de koning wel en niet? 
2. Wat doen en mogen de ministers? 
3. Wat doen rechters precies? 
4. Waarover beslissen de gemeentes en provincies?
Is de uitspraak van Scoop waar of niet waar?
Sleep het vinkje of het kruisje naar Scoop!
Heb jij het goed begrepen? Test je kennis!
Nederland is een constitutionele monarchie én een parlementaire democratie.

Slide 24 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bespreek de vraag met je schoudermaatje!
Wat zou er kunnen gebeuren als Nederland géén grondwet zou hebben? 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verwerkingsopdracht
Jullie weten inmiddels alles over het ontstaan van het parlementair stelsel en de grondwet. Tijd om dit verhaal te vereeuwigen in een stripverhaal. Ik ga je precies uitleggen hoe je dat doet!

Slide 26 - Tekstslide

Verwerkingsopdracht
Verwerkingsopdracht
Bekijk de nieuwsstrip hieronder
en klik op de hotspots voor kijkvragen. 
Wat denk je dat het doel is van de maker van deze strip?
Wat valt je op?
Hoe weet je dat dit een strip is? Wat maakt die tekstvorm zo anders dan andere teksten? 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

..
.
Wat is het doel van de maker van deze nieuwsstrip?
A
De maker wil je vooral informeren.
B
De maker wil je vooral overhalen om iets te doen.
C
De maker wil je vooral vermaken.
D
De maker wil je vooral overtuigen van zijn/haar mening.

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Conclusie
Conclusie stripverhaal 
  • In een strip zie je tekeningen. 
  • Een strip bestaat uit aparte hokjes: in elk hokje staat een tekening. 
  • Meestal staat er in een hokje ook een korte tekst. Dit staat dan vaak in een denk- of tekstballon. 
  • Ook kan de schrijver ervoor kiezen om een korte tekst bovenaan het tekstvak te schrijven of om grote letters te gebruiken. 
  • Een striptekenaar van een nieuwsstrip wil de lezer informeren en een beetje vermaken. Denk aan de boeken van Nul tot nu of de nieuwsstrips in Kidsweek.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De opdracht
Jullie gaan de tekst over het parlementair stelsel omtoveren tot strip. Iedere leerling maakt één onderdeel van de geschiedenis, waardoor elk groepje straks een volledig stripverhaal heeft. 

Verdeel de klas in groepjes van vier leerlingen. Draai vervolgens aan het rad om de jaartallen te verdelen. 

Bedenk een verhaallijn waarin de informatie uit dit deel van het verhaal naar voren komt. Verdeel het stripverhaal in zes verschillende stukken. Wat wil je in ieder hokje vertellen? Gebruik de geleerde woorden en informatie uit de les.



Schets je strip eerst. Welke personages wil je laten zien? En waar spelen de verschillende gebeurtenissen zich af? 
Meer informatie nodig over de gebeurtenissen? Zoek extra video's over het onderwerp op!

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag! 
timer
25:00
Tevreden over je schets? 
Maak dan je stripverhaal. De checklist hiernaast kan je helpen!

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Feedback & aanpassen
  • Is jouw stripverhaal af? Haal 'm door de checklist

  • Wissel je strip uit met een klasgenoot. Vul de checklist voor elkaar in en pas je tekst aan op basis van de feedback die je hebt gekregen.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Publiceren
Tijd om de losse stripverhalen te bundelen tot één groot verhaal over het ontstaan van het parlementaire stelsel! Bundel alle verhalen uit het tafelgroepje bij elkaar en maak er één boekje van. 

Lezen jullie liever het stripverhaal of de tekst van Kidsweek in de Klas? 

Slide 33 - Tekstslide

Verwerkingsopdracht
Reflectie
Draai aan het rad voor de reflectievragen!

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wereldoriëntatie
  • Ik weet hoe Nederland een parlementaire democratie is geworden.
  • Ik weet welke invloed Napoleon had op Nederland.
  • Ik kan uitleggen wat de grondwet is en hoe deze tot stand is gekomen. 
Terugkoppeling lesdoelen
Woordenschat
  • Ik begrijp de belangrijke woorden die met het ontstaan van het parlementair stelsel te maken hebben.
Taal
  • Ik kan een samenvattend stripverhaal maken waarin ik het ontstaan van het parlementair stelsel uitleg.

Slide 35 - Tekstslide

Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.
Vragenmuur & Weetmuur
  • Op welke vragen hebben jullie deze les antwoord gekregen? 
  • Welke vragen zijn nog onbeantwoord? 
  • Hoe kun je ervoor zorgen dat je toch achter het antwoord op deze vragen komt?

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

              Tot de volgende keer!

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies